De Nederlandsche Leeuw, jaargang 32 (1914)

201 1642â?? 1643. Balj.: Mr. Johan van Baarland. Burg.: Mr. Gerard van der Nisse, Hieronimus van der Straten. Schep.: Matthijs van Canipen, Adriaan van Wiskerke, Mattheus Eversdijk, Quirijn van Zunder, Bartholomeus Dankertse, Jacob Verberch, Pieter Adriaanse Kuiper, Boudewijn Marinusse Driewegen, Nicolaas la Grappe. Seer.: als boven. 1643â?? 1644. Balj..: Mr. Johan van Baarland. Burg.: Pieter Mesoek, Mr. Gerard van der Nisse. Schep.: Johan Hoogestegen, Matthijs van Canipen , Adriaan Laurens, Mattheus Eversdijk, Gerard Gillisse Sabbinge, Quirijn van Zunder, Dignus Keetlaer, Bou­ dewijn Marinusse Driewegen, Mr. Cornelis van Oosten. Seer.: als boven. 1644â?? 1645. Balj.: Mr. Joham van Baarland. Burg.: Pieter Mesoek, Mr. Cornelis van der Nisse. Schep. Johan Hoogestegeu, Adriaan van Wiskerke, Adriaan Laurens, Geerard Gillisse Sabbinge, Bartho­ lomeus Dankertse, Jacob Verberch, Dignus Keetlaer, Pieter Adriaanse Kuiper, Mr. Cornelis van Oosten. Seer.: als boven. 1645â?? 1646. 'Balj.: Mr. Johan van Baarland. Burg.: Hieronimus van der Straten, Mr. Cornelis van der' Nisse. Schep.: Matthijs van Campen, Adriaan van Wiskerke, Mattheus Eversdijk, Quirijn van Zunder, Bartholomeus Dankertse, Jacob Verberch, Pieter Adriaanse Kuiper, Boudewijn Marinusse Driewegen, Mr. Johan van Stapelen. Seer.: als boven. 1646â?? 1647. Balj.: Mr. Johan van Baarland. Burg.: Pieter Mesoek, Hieronimus van der Straten. Schep.: Johan Hoogestegen, Mathijs van Campen, Adriaan Laurens, Matheus Eversdijk, Geerard Gillisse Sabbinge, Quirijn van Zunder,'Dignus Keetlaer, Bou­ dewijn Marinusse Driewegen, Mr. Johan van Stapelen. 1647â?? 1648. Balj.: Mr. Johan van Baarland. Burg.: Pieter Mesoek, Mr. Cornelis van der Nisse, Mattheus Eversdijk. Schep.: Johan Hoogestegen, Adriaan van Wiskerke, Adriaan Laurens, Geerard Gillisse Sabbinge, Bartho­ lomeus Dankertse, .Jacob Verberch, Dignus Keetlaer, Pieter Adriaanse Kuiper, Mr. Cornelis van Oosten. Seer.: Laurens Westerwijk, Mr. Nicolaas Eversdijk. 1648â?? 1649. Balj.: Mr. Johan van Baarland. Burg.: Hieronimus van ^der Straaten, Mr. Corn. van der Nisse. Schep.: Mathijs van Campen, Adriaan van Wiskerke, Quirijn van Zunder, Bartholomeus Dankertse, Jacob Verberch, Pieter Adriaanse Kuiper, Boudewijn Marinusse Driewegen, Mr. Cornelus van Oosten, Mr. Johan van Stapelen Seer.: als boven. EINDE. 202 t Nederlandsche namen te Lingen in Hannover, medegedeeld door W. WIJNAENDTS VAN RESANDT. Het graafschap Lingen heeft in vroeger tijd in eene bijzondere betrekking gestaan tot ons land, welke betrekking het beste blijkt uit het hiervolgend vooraf­ gaand overzicht van een gedeelte van deszelfs ge­ schiedenis. Karei V gaf in 1548 het graafschap Lingen in leen uit aan Maximiliaan van Egmond, graaf van Buren, wiens eenige dochter Anna in 1551 huwde met Willem I, Prins van Oranje, doch wier voogden het graafschap vóór haar huwelijk weder hadden verkocht aan Karei V. Deze laatste wees in 1555 Lingen met Bourgondië enz. toe aan zijn zoon Philips II, in wiens bezit het bleef tot prins Maurits het in 1597 veroverde. Tot de 17 Nederlandsche gewesten, die tijdens het- leven van Karei V ter algemeéne vergadering opkwamen, vindt men Lingen steeds vermeld bij Overijssel en wel aldus: â??Overijssel met Drenthe en Lingen en Westerwolde'. Hoewel Lingen gedurende de eerste 30 jaren in den 80-jarigen oorlog in handen der Spanjaarden was, vindt men afgevaardigden van dit graafschap bij de onder­ handelingen met Groningen, Friesland en Drenthe in 1579 over de einde van dat jaar te sluiten Unie van Utrecht. Acht jaar nadat prins Maurits de stad Lingen ver­ overd had, nam Spinola in Augustus 1605 haar weder opnieuw voor de Spanjaarden in, doch bij het sluiten van het Twaalfjarig bestand in 1609 werd ze door dezen ontruimd.- Bij het verdrag van Juni 1609 tusschen den uit Spanje teruggekomen prins Philips Willem van Oranje en zijn half-broeders Maurits en Frederik Hendrik, bekwam prins Maurits onder meer Lingen met Kloppen­ burg. Na het Twaalfjarig bestand viel Lingen echter weder in Spaansche handen en van uit deze vesting ondernamen de Spanjaarden-in 1623* strooptochten naar Friesland en in 1629 viel de Spaansche gouverneur van Lingen met zijn troepen in Gelderland, om daardoor zoo mogelijk Frederik Hendrik te nopen het beleg voor 's-Hertogenbosch af te breken. De Zweden veroverden echter eenige jaren later, in den 30-jarigen oorlog, Lingen en stonden het met Bevergern in 1634 aan prins Frederik Hendrik af en bij den vrede van Munster van 1648 bepaalde art. 49â??50, dat de Koning van Spanje al zijn rechten op Grave, Kuik, Lingen, Bevergern, Kloppenburg, enz. aan het huis van Oranje, dat reeds daadwerkelijk in het bezit daarvan was gekomen, onvoorwaardelijk afstond. Na den dood van den koning-stadhouder Willem III in 1702 nam de Koning van Pruisen als zoon van de oudste dochter van Frederik Hendrik o.a. Lingen en Meurs in bezit. Hierover ontstond een langdurige erfenis twist tusschen Pruisen en den Frieschen tak der Nassau's, welke bij familieverdrag van 1732 eerst definitief be­ ëindigd werd, en waarbij prins Willem IV â?? toen nog geen stadhouder van Holland en Zeeland â?? o.a. afstand deed van Meurs, Lingen, Montfort enz., met recht om den naam, titels en wapens dier graafschappen te blijven voeren. Nadat de Koning van Pruisen aldus Lingen in werkelijk bezit verkregen had, smolt hij dit graafschap samen met het graafschap Tecklenburg,