In De Nederlandsche Leeuw, jrg. 1925, is in de kolommen 284 – 286 een artikel opgenomen van de hand van J.F. van Bemmelen over Colijn de Thovion.
In kolom 285 staat vermeld dat op een los blad in het geslachtsboekje staat dat Joris van Attivoren zegt dat Thovoion (Thovion, Thouion) een heerlijkheid is (was, waarschijnlijk) in Frankrijk die de Colijns aldaar bezeten hebben. Over deze heerlijkheid kan ik niets vinden.
Wie was deze Joris van Attivoren? En wat was Thovoyon nu precies?