De Nederlandsche Leeuw, jaargang 4 (1886)

V. Generatie. D. 1. Adriaan Pieterson st. jong. â?? 36 â?? 2. Adriana Pieterson st. jong. 3. Adriana Pieterson tr. met Cornelis de Vager, land­ meter in Schouwen. 4. Adriaan Pieterson , raad en schepen te Zierikzee. E. 1. Catharina Pieterson, ged. 28 December 1640 te's-Gra­ venhage in de Kloosterkerk, get. Quirina de Jonge, Catharina van der Made, Mr. Cornelis Pieterson. 2. Adriana Pieterson, ged. 22 April 1542 te's-Graven­ hage in de Groote kerk, geen get. 3. Cornelia Pieterson, ged. 24 November 1643 te 's-Gravenhage in de Groote kerk, geen get. 4. Jacoba Pieterson, ged. 4 Augustus 1645 in de Kloosterkerk te 's-Gravenhage, geen get. 5. Jacoba Pieterson, ged. 17 April 1647 te 's-Gra­ venhage in de Groote kerk, st. in 1707, tr. 1° met Mr. Maarten van Sijpesteyn , geb. in 1645, st. in 1681, baljuw van Nieuburg, generaal van de amunitie, zoon van Cornelis, heer van Hillegom en van Geer­ truida van den Corput. Tr. 2°. met Adriaan Pieterson. F. 1. Adriaan Pieterson, ged. in de Groote kerk te 's-Gravenhage 22 Februari 1645, geen getuigen, generaal-meester van de munt, rentmeester van den prins van Oranje in de Klundert, tr. 1 °. met Elizabeth van Baarsenburg, 2°. met een andere Elizabeth van Baarsenburg, 3°. met Quirina Cornelia Pieterson. 2. Pieter Pieterson, ged. als voren 20 Februari 1647, geen get., kapitein en commandeur van Workum, tr. met Catharina van Nispen, bij wie kinderen. 3. Hester Pieterson , ged. 20 Januari 1649 als voren zonder getuigen, tr. met Jacob van der Does, thesaurier-generaal der Vereenigde Nederlanden. 4. Johannes Pieterson, ged. als voren 4 December 1650, get. Johan Pieterson, Willem van der Does, J°. Josina , st. ongehuwd. 5. Bonifacius Pieterson, ged. als voren 10 Juli 1652, get. Mr. Jacob Snels, J°. Catharina Hessels wed. van den heer Louis van Kintschot, luitenant. 6. Mr. Cornelis Pieterson, ged. alvoren 30 November 1653, get. Ds. Cornelis Triglandus, Mr. Boni­ facius Pous, Juff. Geertruid Coenen, J°. Emilia Kinschot, st. 23 November 1701 , raadsheer in den Hoogen Raad, tr. in April 1684 met Maria Dedel, geb. 29 Augustus 1661, st. te's-Gravenhage 17 Febr. 1717, dochter van Willem en van Sophia van Montfoort. Waarbij kinderen, 7. Geertruid Pieterson (tweeling met Cornelis) tr. Adam van der Duyn, heer van 's-Gravenmoer, kolonel en kwartiermeester-generaal van de ruiterij, comman­ deur van Geertruidenberg, meesterknaap van Holland, luitenant-generaal en commandeur van Bergen op Zoom, hoogheemraad van Delfland, opperjager­ meester ven prins Willem III, koning van Engeland, zoon van Nikolaas en van Beatrix van Bronkhorst. 8. Quirina Pieterson, ged. als voren 1 Maart 1656, peten: de heer fin Mr. Yman Cau, de heer Matheus Snels, juffr. Elisabeth van Hertsbeeke, juff. Susanna Stas. 9. Anthony Pieterson, ged. als voren 13 Januari 1658, peten: de heer en Mr. Cornelis Pieterson in plaats van den heer en Mr. Adriaan Pieterson, burgemeester van Zierikzee, Mr. Francois Poppe, juff. Maria de Veer, huisvrouw van den griffier Coenen. Dit is de persoon, over wiens monument boven geschreven is. 10. Catharijna Pieterson, ged. alsvoren 12 Februari 1659, get. de heer en Mr. Johan Coenen, griffier, juffr. Geertruyt Coenen, juff. Adriana van Sijpesteyn. 11. Jacoba Pieterson, ged. in de Kloosterkerk te's-Gra­ venhage den laatsten Februari 1660, get. Jo. Catha­ rina van Sijpesteyn, Jo. Geertruijt Coenen, de bur­ gemeester jacob van der Hoeve (Houve), tr. 1°. met Adriaan van Vredenburgh , raad van Suriname , tr, 2° Frans baron van Sevenaer. J. C. v. D. M. Wapenborden in de St. Martini-kerk te Franeker. (1G78). Tot de belangrijkste hulpbronnen voor de geslacht- en wapenkunde behooren voorzeker de wapenborden en graf steenen, die men eertijds zoo menigvuldig in de kerken kon aantreffen. De eersten zijn echter voor het meerendeel verstrooid geraakt of vernietigd . de laatsten dikwijls door houten vloeren aan de belangstellende oogen onttrokken. Dat niet alleen de wetenschap hieraan veel heeft ver­ loren, maar ook de kerken hierdoor van hunne schoonste sieraden zijn beroofd, zal ieder met mij gevoelen, die de kerken van Friens, Oudega (in Smallingerland), Rauwerd, Beers of andere plaatsen heeft bezocht, waar dergelijke zaken nog aanwezig en te zien zijn. Van die der steden in deze provincie verdient vooral genoemd te worden de bt. Martinikerk te Franeker, wijl men daar nog eene prachtige collectie grafsteenen aan­ treft en een niet minder belangrijk gedenkteeken van Lnts van Camminga, overleden den 16 October 1605 , dochter van Minno en van Luts Gerroltsdochter van Herema, hetwelk aldaar ter harer eere is opgericht door haren echtgenoot Jonker Carel van Sternsée, die den 14 Mei 1615 stierf, op Maandag den 22 d.a.v. werd begra­ ven en een zoon was van Christoffel (overl. 1 Febr. 1560) en van Cnier Worpsdocbter van Ropta (overl. 5 Maart 1555), welke beide laatsten te Metslawier zijn begraven. Op dit gedenkteeken leest men onder hunne kwartieren Sternsée Camminga Sigersdorf Minnema Ropta Herema Humalda (1) Sjaerdema het volgende epitaphium: Hier neffens dit gescrift leggen onder een steen Minno van Kamming , end' Lutz Herema bi een: Oick een' dochter van haer, genaenit Lucia, vrou' Van Karol' Sternsée sijnde geweest getrou': Die haer ter eeren des' gedacht'nis stellen doet. De Dood en siet an, noch geslacht, noch macht, noch goet- Luciaea Kamminga. . Matronae. Nobiliss: ac Lectiss: Conjugi. Dilectae. Quae. Obiit An° vitae LIL Conjugii XXXIV. Christi CIO.IQ.CV. Octob XVI. Inter III et IV. pomerid. Karolus A Sternsée Maritus. M. M. S. P. Carel woonde met zijne echtgenoote op Sjaerdema-slot (2) i n het westen dezer stad, hetwelk later daarom ook wel Sternse-slot wordt genoemd en vermaakte, daar hij geene kinderen naliet, bij testamentaire beschikking Ropta-State, ten noorden van Metslawier, aan Bocke van Humalda T onder voorwaarde dat hij de naam van Sternsée bij de