De Nederlandsche Leeuw, jaargang 11 (1893)

â?? 34 â?? gegeven werk van den Baron Jean Béthune-de Villers, getiteld: â??Musée lapidaire des ruines de St. Bavon a, Gand. Catalogue de dalles funéraires retrouvées a, 1'écluse de Braemgarten' (in 8vo, 110 pages et 6 planches). Ter gelegenheid van de nieuwe werken aan de Schelde, te Gent heeft men uit het stortebed der sluis en van een molen, eene reeks zeer belangrijke grafzerken opgedolven, die vroeger uit de bevloering der kerken waren wegge­ nomen, en aangewend tot bevestiging'der bedding van de rivier. De herstelling der sluis van het Tolhuis (1864) en later de opruiming der fundeeringen van het oude Cuipgat, bij het tegenwoordige paleis van Justitie , hadden merkwaardige graf-monumenten aan het licht gebracht, nadat zij vele eeuwen onder water gelegen hadden. De bekende schrijver laat (zijne eigen woorden gebrui­ kende) â??eenige eerwaardige kunstwerken van de steenen­ verzameling der bouwvallen van St. Bavo, de revue pas seeren'. Uit den aard der zaak zijn deze gedenkteekenen bjjna uitsluitend gewijd aan Belgische geslachten. Enkele namen, van nu nog in ons land bloeiende familien trekken de aandacht, en mogen in ons Maandblad een plaats vinden. Onder de oudste in dagteekoning wordt de steen ver­ meld van Balduinus, dictus Vos (zoon ? van den Bidder de Vos) die stierf pridie kalendas Decembris 1266. Hij is versierd met een wapen: een keper. Op die van Hugo Buekel (Heer Hendrik's zoon), overleden in die beati Gregorii Papae 1273 (oude stijl) wordt hetzelfde heral­ dieke stuk, de keper, aangetroffen. De Heer de Raadt merkt hierbij terecht op, dat het ridderlijk geslacht van Bokel, Beukei, enz. eertijds heeren van Rotterdam, met een dwarsbalk zegelde en dus van een anderen stam schijnt te zijn, dan de Buekels te Gent, terwijl de Baron Bethune ons herinnert aan den welbekenden verbeteraar van het haringkaken. 't Volgende moge in zijn geheel worden overgenomen: â??Ten aanzien van de zerk van: (ve)r. Marie eromeli(n) â??(N°. .XXV) zegt Baron Béthune: â??Niettegenstaande den ^lapsus in de aanvangsletter van den geslachtsnaam, â?? â??een e in plaats van een c, â?? is het onmogelijk, om â??daarin niet het woord Crommeün te herkennen, dat van â??een persoonlijken bijnaam, een in Vlaanderen vrij alge â??meen verbreide geslachtsnaam is geworden.' De Heer de Raadt is van 't zelfde gevoelen, en verwijst naar fragment in du Chesne, â??Histoire généalogique des Mai sons de Guines, preuves, bl. 71, en de genealogie der familie Crommelin (J. H. Scheffer, â??Ned. Fam. Archief1', Rotterdam, 1879) waarin o. a. in 1133 een 'Walter Crom­ melin wordt vermeld, als voorkomende in eene door den Graaf van Vlaanderen tot stand gebrachte overeenkomst tusschen den abt van Sint-Pieter te Gent, ter eene zijde, en Robert, zoon van Hacket, gewezen kastelein van Brugge, met 'Walter Crommelin, ter andere zijde , terwijl in Scheffer, Heinderic Cromelin wordt vermeld als Scepen der Keure te Gent in 1303, 1308 en 1311. Uit een archaeologisch oogpunt wordt als van waarde een steen van + 1250 genoemd, voorstellende een ridder in volle oorlogsrusting, wiens helm van vierkanten vorm, als helmteeken een uitgetand scherm draagt, zooals dit veelvuldig op Brabantsche zegels voorkomt. Het opschrift van den steen is bijna geheel verdwenen. Behalve de genoemde, zijn o. a. van de volgende fami­ lien grafsteenen in 't museum aanwezig: Bette, Blome, de Bruenswiie, de Dorezele, de Ghelwe, Gotelinc, de Grave, van Here .. , Hocbar, van der Laken, Lamriwen, Lewart, Linemakere, van Lokeren (?), de Mande (?), de Meram, Minneman, de Nineve, Reinhere^ Roeden, de Sancto-Bavone, Scincfel (Scinckel?), Scmet,, Ser Simoens, a Speculo (uten Spiegele), de Wevelsvale (1),. de Wondelgem, en de Zev'encote. De Heer de Raadt besluit zijne belangrijke mededeeling met den Baron Bethune-de Villers geluk te wenschen met zijne zorgvuldig bewerkte en geleerde verhandeling, waar­ door deze Heer zich zeer verdienstelijk heeft gemaakt jegens de oudheidkunde. ' M. G. W. Coehoorn. Den 9 Januari 11., werd te Montauban het huwelijk ingezegend tusschen Napoleon Joseph Ernest Baron de Méneval, oud-ambassade-secretaris te Madrid, thans Con­ sul le kl. te Florence, (eenige zoon van Napoleon-Louis baron de Méneval en Sophie de Coëhom (2)), met Mar guérite de Roquefeuil-Cahuzac, dochter van den overleden Markies de Roquefeuil-Cahuzac, en de markiezin-douairière,, geb. de Boisdavid. (Ontleend aan het â??Bulletin Héraldique de France'. aflev. Febr. 1893.) ' M. G. W. Het Doop- en Trouwboek der Engelsche Kerk te 's-Gravenhage, met enkele aanteekeningen. (Vervolg.) 5 Dec. 1784, Lotter,' John Philip, zn. van Christian Godfried, en Catherine de Jong. 29 Sept. 1786, Lotter, Christian Anthony, zn. van Christian Godfried, en Catherine de Jong. 22 April 1791, born March 18th, Lotter, Catherine, dr. van Christian Godfried, en Catherine de Jong. 24 Aug. 1813 (born), Josephine Catherine Lotter, daughter of Christian Anthony Lotter and Jacoba Catha­ rina Wilhelmina Göppel, baptized the 5th Sept 11 Sept. 1814 (born), Jacob George Lotter, son of Christian Anthony Lotter and Jacoba Catharina Wilhel­ mina Göppel, baptized the 16th October. Gotfather: Jacob George Göppel. Gotmother: Jacoba Catharina Maria Bogaerd van Alblasserdam. 15 Dec. 1816 (born), Philippus Charles Gualderus, son of Christiaan Lotter and Jacoba Catharina Wilhelmina Göppel. Godfather: Mr. Philippus Schaeffer. 7 March 1818 (born), Catharina Paulina Helena, daugh­ ter of Christiaan Antony Lotter and Jacoba Catharina Wilhelmina Göppel, baptized the 15th March 1818. 22 Febr. 1820 (born), Sophia Carolina Mary, daughter of Christian A.nthony Lotter and Jacoba Catharina Wil­ helmina Göppel, baptized the 5th March. 4 Jan. 1821 (born), Charles William Frederic, son of Christian Anthony Lotter and Jacoba Catharina Wil­ helmina Göppel, baptized the 21th of January. 8 Juni 1721, Luiscius, Abraham George, zn. van Abra­ ham George, en Catharina Dupont. . . . Dec. 1751, Mackbeen, Daniël, zn. van Alexander, en Hannah de Vaat (of Vaart) of Raap. (1) Wevelswale'was vroeger eene parochie in Zeeuwsch-Vlaanderen. F. C. (2) Feitelijk: Adèle-Etigénie-Sophie de Coëhom, f 14 Nov. 1853, in den ouderdom van 40 jaar.