109
110
hoo g standpun t stond , gelijk C. Kramm getuig t in zijn
â??Levens en Werke n der Holl . en Vlaamsch e Kunst Â
schilders' , bl. 19. Hier en daar treft men bij enkel e
familiën nog wel een niet onverdienstlij k geschilder d porÂ
tretje aan van zijne hand , o.a. een, vervaardig d in 1804,
in 't bezit van wijlen den straksgenoemde n Mr. J. I. Van
Doorninck . Ook ten huize van Mr. Nic. Van Meurs , ProÂ
cureur te Arnhem , werd er mij onlang s een (1) getoond . Hoe
echter Kramm wist, dat hij een Duitsche r van geboort e
was, wee t ik niet, denklij k heef t hij bedoel d Duitsche r
van afkomst , en dit is onz e gansch e familie , gelijk uit den
naam reeds blijkt . Ik zou zeker gelooven , dat hij een
Nederlande r van geboort e is geweest , vermoedlij k zoo n
een s jongere n broeder s van Joha n Chrietiaa n A., van wien
mijn grootvade r in zijne aanteekeninge n niet de minst e
meldin g maakt . Terwijl in de vorig e eeu w onz e familie Â
naam ook te Zutfen , zoowe l als te Hulst (Zeeland) , voorÂ
kwam, is hij, dunk t mij, een Zutfenaa r geweest , aange Â
zien hij bizonde r op de Veluw e beken d was. Blijkens ,
nóg aanwezig e advertenti e in de Haarl. couran t overlee d
hij te Rotterda m oud 71 jaar, 25 Jan. 1823, als broede r
van Phili p Adolp h Anspach , van huwelij k gee n spoo r (2).
Leden onzer familie , ik mee n te Hulst , zijn in Rranden
burgh of Van Brandenbur g getrouw d geweest , en ook'di t
geslach t is van Duitsche n oorsprong , al komt het waar Â
schijnlijk reeds in 1325 te Utrecht , en wel in de vroed Â
schap, voor, vgl. â??DeNavorscher'XXX, 146, 479 (wapen),
81 (zegel) , met ibid. XXI , 238 (waa r een e voormalig e
huizin g van deze n naam ie Utrech t vermel d wordt) , en
met ibid. XXV , 361 (Thoma s Brandenburg , burgemeeste r
van Stralsund , f 1619) . Zie Brandenbur g voormaal s in
Overijsel, voora l te Zwolle , bij Mr. J. van Doorninck , â??Ge
slachtk . Aanteek' . (Deventer , de Lange , 1871) , den BladÂ
wijzer, de schou t van het Overijselsch e Hasselt , Alber t
v. Br. leefd e in de 2de helf t der 16de eeuw , wat uit de
geneal . Bloys van Treslon g (â??Herald. Bibl.' 1872 bl. 230)
blijkt, hij was uit Keulen herkomsti g (â??Navr.' XXX, 480) (3).
Te Huls t werde n gedoopt :
Elisabeth Johann a 7 Sept . 1774 , en Anna Elisabet h
18 Febr. 1776 , dochter s van Johanne s Jare Anspac h en
Anna Maria Pothove n (4). In de huwlijks - en sterfte
register s ter plaats e is omtren t dez e persone n niet s geÂ
vonden . De persoonsnaa m Jare wijst naar Groninge n of
Friesland. Pothove n beston d op de Veluwe , bestaa t er,
geloo f ik, nóg.
Van den Duitsche n stam onzer famili e is mij alles onbe Â
kend. Alleen kwam mij een paar jaren gelege n een gedichtj e
ter hand (5), â??gedruckt mit Diedric h Meiersche n Schriften'.' ,
17 Mei 1785 te Bremen , vergul d op snede , waari n â??Bey
(1) Portre t v. Abraha m v. Daverveld . Zie V. v. O. Stam - en
Wapenboek .
(2) De advertenti e toch luidde : â??Heden overlee d mijn waard e Broeder ,
Joh». A., bekend e portrait-schilder , na een e ziekte van eenig e dagen ,
in den ouderdo m van 71 jaren. Dienend e dit tot kennisgevin g aan
alle zijne vriende n en bekenden' . Enkel onderteeken d doo r denhove n
genoemde n broeder , zonde r meet .
(3) De kapitein-kwartiermeeste r A. M. Brandenbur g tr. 22 .Nov.
1893 te Hee s (bij Nijmegen ) C. H. Bouwens . Te 's Gravenhag e f 10
.!an. '94 Wed e. van Br., geb. de Rleijn, oud 82 jaar, en te Rotterda m
trad W. G. Br. Maar t '94 met een e C. P. de Haan aldaar , in den echt.
(4) Mededeelin g van den heer Fred. Calan d te 's-Gravenhage .
(5) mij welwillen d toegezonde n doo r den heer J. D. Wagner , kapiÂ
tein der artilleri e te Breda .
der fünf und zwanzigjahrige n Hochzeitfeye r ihres geliebte n
Hernn Onkel s und Frau Tant e Brun n (1) ihre aufrichtig e
Theilnehmun g und Freud e bezeugte n ihre ergebenst e
Vetter n Johan n Justu s und Anto n (2) Anspach' . Onde r
een vignet , voorstellen d twe e knaapjes , onder een boom Â
struik bezig een bloemenkor f te vlechte n of in te richten ,
lees t men het volgend e gedicht :
Lange liesses t du uns warten ,
Lieber Frühling, diese s Jahr!
Ach! Wie' s auf der Wies' , im Garte n
Ohne dich so trauri g war!
Hattes t du's.gesehn , wir wetten ,
Lange war' s schon griin und schön,
Und wir arme n Knabe n hatte n
Nicht so traurig-ausgesehn .
Doch nun komms t du endlic h wieder ,
Wirfst den Winte r von dem Thron,
Vogel singe n ihre Lieder ,
Und die Veilche n blühen schon .
Bald aueh werde n BSum e blühen,
Blume n dufte n rund umher ,
Heerde n auf die Weide n ziehen ,
Und die Stall e bleibe n leer.
Alles, alles trinke t Wonn e
Mild' aus deine m Freuden-Quell ,
Selbst die liebe, gut e Sonn e
Scheine t noch einma l so heil.
Aber deine r Preude n beste ,
' Di e du uns geniesse n laszfc ,
Lieber Erühling! ja die gröszte
Ist das heut'g e Jubelfest .
Fünf und zwanzi g Jahr e schwande n
â?? Welch e lange , lang e Zeit! â??â?¢
Hin sei t Onke l sich mit Tante n
Fest verband , in Seligkeit .
Jeder Frühling bracht e Freude n
Eine ganz e Fülle mit,
Und das Jahr noh dann , von Leide n
Frey, dahi n mit schnelle n Schritt .
Fünf und zwanzi g lang e Jahr e â??
Guter Hain (3)! wie warfs t du doch
Schon so viel e auf die Bahre ?
Doch, wohl uns! Sie lebe n noch !
Lieber Gott ! dem auch das Lallen
Guter Kinde r wohlgefall t (4)!
Lasz sie lang e bey uns allen
Noch gesun d auf diese r Welt !
Jeder Frühling bring e Sege n
So wiejsons t auch ferne r mit,
Und auf allen ihren Wege n
Leit' ein Enge l jeden Schritt !
Wann nach fünf und zwanzi g Jahre n
Dann der Frühling wiederkehrt ,
Singen wir, die Knabe n waren ,
Wie's für Manne r sich gehort .
Hieronde r wede r een zinrijk vignet , nml. een in rozen
zich uitstortend e hore n des overvloeds , leunen d tege n een
takkebos , naar het schijnt , die vlamme n onderhoudt , â??
het vuur der huwlijksmin , vgl. Hooglie d Salomon s 7
(1) Strak s kwam ons Braun te voren . Rietstap' s Armoria l kent aan
Brunn (Elsasz , Zwitserland , Zwaben ) toe, in rood een rechter-schuin
balk van zilver , helmt. : drie struisveere n van zilver .
(2) Misschie n met den bove n vermelde n (Jean ) Antoin e A., geb. 1790
te Genève, naar eenzelfde n voorzaa t vernoemd .
(3) Beken d is de betitelin g van den doo d als â??Freund Hain' uit
â??derWandsbeckerBote' (= Asmus,d . i.Matthia s Claudius,a°. 1770â??75) .
(4) Vgl . Ps. 8 vs. 3». Deze bed e is roerend , voora l in den mond
van knapen .