79
80
den handel bestemd, om verschillende redenen melding
vaD maken , trouwens door het schenken van exemplaren
aan de Waalsche Commissie te Leiden en aan de Bibliotheek
der gemeente Haarlem is ze publiek domein geworden.
In de voorrede zegt de schrijver terecht dat de weinige
belangstelling, die bij velen voor genealogie, heraldiek en
sphragistiek bestaat, ten deele te wijten is aan gebrek
aan voldoende historische kennis of noodige beschaving
öf wel, omdat zij zich bewust zijn dat er niet te veel te
zeggen valt over hun voorgeslacht. Zeer verdienstelijk
mag deze arbeid worden genoemd, die door de groote
uitgebreidheid van stof in drie afdeelingen is gesplitst.
a. Geschiedenis, waarin voornamelijk wordt behandeld
wat uit een historisoh oogpunt bekend is omtrent de
voornaamste leden van dit geslacht, enz.
b. Genealogie, bevattende de generaties en filiaties van
het geslacht Stapert.
c. Appendices, bevattende: 1°. partieele genealogiën van
negen verschillende geslachten aan de Staperts verwant,
enz. 2°. Extracten van 4 adelbrieven: 3°. Bijlagen waarin
eenige bijzondere aanteekeningen.
We beginnen dus met a. de geschiedenis van den naams
oorsprong, zooals de overlevering in den volksmond haar
nog heden teu dage geeft.
â??In overoude tijden, zoo luidt de legende, leefden er
op eene Stins in Friesland een rijk edelman met zijne
gade. Zij waren kinderloos. Lang hadden zij gewenscht
een kind te bezitten. Eindelijk werd die wensoh vervuld,
doch de geboorte van dit kind veroorzaakte den dood der
moeder. Het was een meisje, Bertha genaamd. Zij groeide
op en werd alom geprezen wegens hare buitengewone
schoonheid. Elk jeugdig ridder had een begeerig ©og
geslagen op de schoone maagd. Onder de ridders waren
er vooral twee, die dongen naar de hand van Bertha:
het waren Agge en Bocke beiden even aanzienlijk als
dapper. Bertha was besluiteloos in de keuze, die zij zou
doen. Daarop werd op raad haars vaders, en naar de
gewoonte dier tijden, een groot tournooi gehouden, waarop
de uitslag van den kamp tusschen de twee mededingers
zou beslissen wien het toe kwam de schoone Bertha naar
het altaar te voeren. Lang bleef de kampstrijd aanhouden,
tot dat Agge het paard van Bocke een geweldigen lans
stoot toebracht waardoor het stijgerende beest zijn meester
in het zand deed bijten. Onder den algemeenen kreet:
Daar valt 't pert van Bocke! werd de overwinnaar zegeÂ
vierend uit het strijdperk gevoerd en naar den zetel geÂ
leid, waar Bertha met haar vader den strijd hadden
gadegeslagen. Aldus werd Agge de echtgenoot van de
schoone Bertha. De traditie heeft dezen strijd vereeuwigd
door de state van Agge sinds dien tijd Stapert te noemen,
in tegenstelling van die van Bocke, die nu sinds Valpert
werd genoemd'. (1)
Zooals met alle overleveringen, moet men ook deze
naar waarde schatten, zoo mogelijk zou een onderzoek
in taalkundige richting wellicht een geheel andere opvatting
veld doen winnen, een taak toevertrouwd aan den Heer
Johan Winkler te Haarlem. Twee wapenplaten besluiten
deze afdeeling. De eerste genomen naar dat op de adel
diploma's in dato 4 Mei en 19 Oct. 1555 voorkomend,
de tweede naar het â??eerewapen'(?) volgens diploma 9 Nov.
(1) Volgens den schrijver leelt deze overlevering nog steeds in den
volksmond te Wommels voort. Aangezien die naamsoverleveringen in
ons land schaars zijn, nam ik deze in haar geheel over.
1547, en de afbeelding naar een oud cachet, dat om haar
afschuwelijke conceptie gevoeglijk achterwege had kunnen
blijven.
Bij dezen verdienstelijken arbeid mag het jammer
genoemd worden, dat de schrijver de terminologie
der heraldiek zoo verwaarloosd heeft. Waarom voor de
verschillende kleuren niet de geijkte termen gebruikt?
te meer daar deze uitgave toch in handen zal komen
van mannen van 't vak, of historici, die ook van die
terminologie op de hoogte zijn.
Wat te denken van eene beschrijving als bij het
wapen Lycklama a Nyeholt waar staat: Een gedeeld
schild met roode lijst (?J (waar zeker bordure wordt beÂ
doeld) beladen met 8 goudstukken? (besanten of schijven?)
Verder wordt in het helmteeken een gouden paal overÂ
laden met een roode lelie! Dat is kras !! Bij Witteveen
heet het: Schild in vier kwartteren verdeeld (waarom
niet gevierendeeld ?) 1° in goud een halve zwarte adelaar
(waarom hier niet bij: uitkomend van de deelingslijn ?)
2°. in blauw een boompje, waarom zich een slang kronÂ
kelt, op een groenen bodem, 3°. enz.
Albarda, overtopt met, lees: van.
Bakker, begeleid van, lees: vergezeld van.
Botman, â??In goud een geplante groene boomÂ
stam waaruit aan elke kant een'tak
ontspruit, en een blauwe zandlooper
opgehangen aan den rechter tak.'
Lees: In goud een boomstam au naturel
waaruit rechts en links een tak ontÂ
spruit, hangende aan den rechter tak
een zandlooper van azuur,
en zoo is bijna op iedere beschrijving iets aan te merken.
Waar handboeken licht verspreiden en verscheidene heralÂ
dici voorzeker bereid waren gevonden, den schrijver in
deze de noodige aanwijzingen te geven, kunnen we de oorÂ
zaak van deze zinstoorende onnauwkeurigheden niet doorÂ
gronden en mogen we niet nalaten hierop te wijzen, al
moeten we overigens den auteur verdienden lof toezwaaien
voor zijn nette bewerking, die veel tijd en inspanning
zal hebben gevergd.
Haarlem. M. G. W.
INHOUD 1S98, 4.
Bericht. â?? Vragen en Mededeelingen: Verheffingen in den
Adel. â?? van der Port. â?? Walen, door J. C. G H. v. H. â?? van Beek,
door G-. â?? Lucretia van Merken, door Z. â?? Scharp en Pierson, door
H. J K. â?? Worbert van Wassenaar Starrenburg, door M G. Wildeman. â??
Ganderheiden, door H. J. K. â?? Van Swinden, door Th. â?? Een gevel»
steen. â?? Grafsteden in de kerk te Beverwijk (Vervolg). â?? Eenige
aanteekeningen betreffende de wapens en titels, gevoerd door leden
van de familie Pauw, door H. J. K.
Varia: Het Koninklijk Wapen, door M. G Wildeman. â?? Een
prins van Oranje. â?? Curiosum uit het Trouwboek der Herv. Gem. te
Rijnsburg, door H. J. S.
Aankondigingen: Een belangrijk boek. â?? Historische,GeneaÂ
logische en Heraldische aanteekeningen betreffende het adellijk geslacht
Stapert van J. C. H. Matile, door M. G. Wildeman.
Gedrukt bij'Gebrs. J. & H. van Langenhuysen te 's-Gravenhage.