De Nederlandsche Leeuw, jaargang 17 (1899)

135 136 Tan een gedeelte van de weg onder Voorschoten. Gravinne van Bentheim Steijnfort, douariere van Gronsvelt, als eigenaresse van Endegeest. Adriaan van Royen, als eigenaar van Duijnsigt onder Oegstgeest. Marie Catharina Baalde, weduwe van Eijs, als eigenaresse van 2 woningen tusschen Warmerdam en Sassenheim. Floris Couseband, heer van Waspiek, als eigenaar van Oud Alkemade en aangeland onder Warmond en Sassenheijm. Eenige eigenaren van een gedeelte van den Heereweg liggende onder Sassenheijm. Barthout Adriaan van Assendelft, als eigenaar van het Huis te Meuwburg, en aangeland onder Sassenheijm. Jan Hubrecht, als eigenaar ven het Huis ter Leede en aangeland onder Sassenheijm. Elbert Testart als eigenaar van Lapynenburg en aangeland onder Hillegom en Lisse. Eenige eigenaren van een gedeelte van den heereweg onder Lisse. Gerrit Abraham van den Enden als eigenaar van Treslong en aangeland onder Hillegom. Anna Elisabeth van den Bempden weduwe van Mr Jan Six en Jan Six, als geintresseerden in 22 perceelen aan den heereweg onder Hillegom. De huisvrouw van Adriaan Isaac Valkenier, als eigenaresse van Oostende en aangeland onder Hillegom. Eenige ingelanden en ingezetenen onder Hillegom. David van Lennep als eigenaar van het Huis te Mannepadt en aangeland onder Heemstede P. Clifford, als aangeland van de Bennebroeker Laan, tot aan de Glipperlaan, onder Heemstede en Bennebroek. Abraham Dedel, als eigenaar van Ypenrode, voorbij het Posthuis aan Berkenrode, twee woningen een eenige mergen wild plantsoen. Eenige eigenaars, huurders en bewoners van hofsteden, huizen en landen onder Berkenrode. Pieter de la Court, als eigenaar van oud Berkenrode. Jan van Loon, als eigenaar van de hofstede Leijduijn en landerijen gelegen tusschen de Haarlemmer trekvaart en Mannepats brug. Pieter Mabé en Barent Grevingh, als eigenaars van een woning en landerijen onder Aalbregtsberg, Tetterode èn Vogelesangh. Uit het oud archief van 's Gravenhage medegedeeld door J. C. v. D. M. â??Gesebicht e der Heraldiseben Kunst in der Schweiz im XII. nnd XIII. Jalirhundert', doo r Dr. PAUL GANZ. Ofschoon de voorbeelden bijna uitsluitend uit de Zwit sersche heraldiek gegrepen zijn, behandelt dit pas ver­ schenen hoogst interessante werk feitelijk den oorsprong der heraldiek in 't algemeen, immers de Zwitsersche heraldiek was een compromis van Romaansche en Ger maansche invloeden. Dr. Ganz gaat op onderhoudende wijze den oorsprong na der heraldieke kunst, die zoo snel opwies en haar zenith bereikte (na 't verval van den ridderstand zou men desnoods van eene doode heraldiek kunnen spreken) en toetst haar aan geschiedenis en kunst, aan de â??Cultur geschichte' dier tijden in 't algemeen. De heer Ganz spreekt tot zijn lezers niet als dorre geleerde, doch uit alles blijkt in hem de artist, een man, die open oog heeft voor vorm en kleur, terwijl talrijke fraaie repro­ ducties niet alleen naar heraldieke monumenten, maar ook naar voorwerpen van schilder- en beeldhouwkunst en kunstnijverheid den tekst opluisteren. Dat de heraldiek thans, tegen 't einde der democrati­ sche 19de eeuw, weer herleeft, is teekenend voor ons kunstgevoel. De Praeraphaëlieten in Engeland mogen als de baanbrekers beschouwd worden voor de renaissance der styleering. Geen wonder dat thans meer dan ooit de tijd der vroeg-gothiek met zijne naieve styleeringen en fantastische kleurschakeeringen ons belang inboezemt. Een ieder, die van deze zijde de heraldiek bestudeeren wil, zij dit boek zeer aanbevolen. VRAGEN. P. v. A. Wie zou zoo vriendelijk willen zijn mij op te geven : 1°. de ouders van Elisabeth van der Werve, geboren ? ? te Charlois tusschen 1700 en 1730. 2°. de -ouders van Abraham Lucas uit Dusseldorp,.geb. tusschen 1700 en 1730, broodbakker te Schiedam, uit welk geslacht de ongeveer in 1870 overleden Vice-Admiraal Lucas gesproten is. 3°. de ouders van Elisabeth Boogaard uit Delftshaven, geboren ongeveer 1700â??1735. Wapen in de kerk te Ruenen. A. P. In de Cunerakerk te Rhenen is een bord uit 1599, waarop eenige bijbelteksten. Het volgende wapen staat er op: gedeeld: a, in zwart 2 gekanteelde kepers van goud, b, in zwart een band van zilver, beladen met 3 kruisjes, waarvan het middelste zwart en de andere rood. Helmt.: de keper, omgewend en uitkomend, en tusschen de b'eenen een waaier ' van zilver met handvat van goud. Dekkl. zwart en goud. Op de wapenborden in 't raadhuis en in de kerke kamer komt dit wapen niet voor, zoodat de familie blijk­ baar in 't begin der 16e eeuw of wat later uitstierf of elders heenging. Van wie is dit wapen ? H. J. S. O. INHOUD 189», K°. 8. Tot lid zijn benoemd. â?? Wijziging van adres. â??Het geslacht (van Beuningen) van Helsdingen, door R. van Beuningen van Helsdingen.â?? Grafzerken in de Groote Kerk te Heusden, door Jhr. Mr. F. Beelaérts van Blokland. â?? Eigenaars der landerijen gelegen aan den straatweg ] van 's Gravenhage naar Haarlem A°. 1768, door J. C. v. d. M. â?? â??Gescliiehte der Heraldischen Kunst in der Schweiz im XII. und XIII. Jahrhundert' van Dr. Paul Ganz, door F. v. A. â?? Vragen. Elisabeth van der Werve. Abraham Lucas uit Dusseldorp. Elisabeth Boogaard uit Delftshaven. Wapen in de kerk te Rhenen. Gedrukt bij Gebrs. J. & H. van Langenhuysen te 's-Gravenhage.