291
292
Schutterij-Museum te Amsterdam, in welke stad hij jaren kapitein der artillerie-schutterij was. Op
literarisch gebied heeft zijn naam een goeden klank onder het pseudoniem Mr. EDUARD VAN TSOE MEIREN,
terwijl hij meermalen bewees een niet onverdienstelijk amateur-photograaf te zijn.
Een rijzige gestalte, met fleren oud-hollandsch-schilderachtigen kop, een oprecht en degelijk karakter,
een helder hoofd met overwegend optimistische levensopvatting, waarbij enkele typische eigenaardigheden
(welke door hen, die hem niet voldoende kenden, ten onrechte als uiting van excentriciteit werden
beschouwd), een ijverig werker, en steeds bereid met zijn schat van aanteekeningen anderen van dienst
te zijn, ziedaar slechts een onvolkomen beeld van ons oud-bestuurslid, dat in de laatste jaren door zijn
drukken werkkring aan ons genootschapsleven geen deel kon nemen
Niettemin ben ik overtuigd, dat de nagedachtenis' van JAN BRAND bij ons Genootschap steeds in
hooge eer zal worden gehouden.
21. 11. 1904.
Het genootschap is in ruil getreden met:
Diözesanarchiv von Schwaben, Organ für Geschichte,
Altertumskunde, Kunst und Kultur der Diözese Rotten
burg und der angrenzenden Gebiete .... Bavensburg.
Adreswijziging.
A. Vrijheer VON DACHENHAUSEN,
16 Constantinopelstraat Brussel.
Jhr. Mr. Br. J. C. N. VAN ETS VAN LIENDEN,
89 rua San Pedro de Alcantara, . . . Lissabon.
29ste Algemeene vergadering ate 's Gravenhage op
17 November 1904 te 8 uur n. m. in het
Zuid-Hollandsch Koffiehuis.
Aanwezig zijn de heeren Bake, Bijleveld, van Beeck
Calkoen, van Erpecum, van Everdingen, Gijsberti Hoden
pijl, van der Muelen, Obreen, Paehlig, Bloys van Treslong
Prins, Baron Snouckaert van Schauburg, Veeren en
Arenden de Wolff.
Nadat de notulen der vorige vergadering zijn gelezen
en goedgekeurd, deelt de Voorzitter, de heer van der
Muelen, mede, dat hij en zijne medebestuurders Jhr.
Beelaerts van Blokland,Gijsberti Hodenpijl, Gijsberti Hoden
pijl van Hodenpijl en Baron Snouckaert van Schauburg
gemeend hebben hunne functiën te moeten nederleggen.
Verschillende redenen hebben daartoe aanleiding gegeven.
De aanleiding voor spreker zelf was, dat het hem is
gebleken, dat verscheidene leden niet tevreden zijn met
de tegenwoordige leiding van zaken. Ruim 21 jaren heeft
spreker de eer gehad het voorzitterschap van het Genoot
schap te mogen bekleeden en bij heeft zijne beste krachten
aan dat Genootschap gewijd. Wanneer dan ook zijne leiding
niet meer die instemming vindt welke zij vroeger mocht
ontmoeten, dan moet de reden daarvan stellig gezocht
worden in de omstandigheid, dat met het klimmen der
jaren sprekers krachten zijn afgenomen. Hij heeft op dien
grond besloten zich niet herkiesbaar te stellen.
De voorzitter deelt voorts mede, dat ook de heer J.
C. Gijsberti Hodenpijl van Hodenpijl verzocht heeft, voor
eene herbenoeming niet in aanmerking te komen.
De overste Veeren zegt op te treden als tolk van alle
leden van het Genootschap, wanneer hij een woord van
M. G. YV.
warme hulde brengt aan den afgetreden voorzitter, die
zich zoovele jaren heeft beijverd den bloei van het Genoot
schap te bevorderen. Spreker hoopt, dat de heer van der
Muelen, wiens kennis op genealogisch gebied onbetwist
is, nog geruimen tijd in den zoolang door hem gepresi
deerden kring moge verkeeren en stelt voor hem het
eerelidmaatschap van het Genootschap aan te bieden
Door aanhoudend applaus gaf de vergadering blijft van
hare warme instemming met de woorden van den heer
Veeren.
De heer van der Muelen dankt den overste Veeren
voor zijne hartelijke woorden en de vergadering voor hare
spontane hulde, welke door hem op hoogen prijs wordt
gesteld. Het aangeboden eerelidmaatschap moet hij echter
van de hand wijzen, aangezien hij er de voorkeur aan
geeft als werkend en contribueerend lid tot den bloei
van het Genootschap te blijven bijdragen.
Ook het hem vervolgens aangeboden eerevoorzitterschap
meende de heer van der Muelen niet te kunnen aan
nemen, aangezien een dergelijke titel, waaraan geene
functiën zijn verbonden, niet op de statuten van het Ge
nootschap zou zijn gegrond.
Tot stemming overgegaan zijnde, blijkt dat herkozen zijn
de' heeren Jhr. Mr. F. Beelaerts van Blokland, C. F.
Gijsberti Hodenpijl en W. Baron Snouckaert van Schau
burg, en gekozen de heeren W. P. Veeren en Jhr. Mr.
E. B. F. F. Wittert van Hoogland.
De overste Veeren verklaart zeer gevoelig te zijn voor
het in hem gestelde vertrouwen, maar niet genoeg tijd
beschikbaar te hebben om zich met de door het Genoot
schap beoefende wetenschappen in die mate bezig te
houden als hem voor een bestuurslid wenschelijk voor
komt. Spreker meent daarom voor de benoeming te
moeten bedanken.
In plaats van den heer Veeren wordt alsnu, na herstem
ming met den heer Th. van Everdingen, gekozen de heer
C. van Erpecum.
De heeren van Erpecum, Gijsberti Hodenpijl en Snouc
kaert van Schauburg, ter vergadering aanwezig, verklaren
de hun toegevallen benoeming aan te nemen.
Niets meer aan de orde zijnde wordt de vergadering
gesloten.