373
374
onthoud, wel 23 jaaren verleden (zonder egter in de
precysen tyd behaalt te willen zyn) heeft hooren zeggen,
wy hebben daar duizend Ducatous geleend aan Oom
Evert of dergelyke woorden in substantie, verders dat
gemelte Vrouwe De Ruyter in dat- voors. zeggen met
Oom Evert denóteerde, en daardoor verstond aan den
broeder den Capiteyn Evert van Gelder dewelke int
voors. huis in dier voegen ordinaris genoemt wierd,
wyders dat de gemelte Hr. Admiraal eens van een
binnenlandsche ryze thuys gekomen zynde jegens meer
gemelte vrouwe de Ruyter zyne huysvrouwe, zeide:
Moeder de vrienden wilden my interessen geeven, maar
ik heb ze niet genoomen doch heb ze aan de kinderen
geschonken, ofte met diergelyke woorden in substantie,
zonder dat zy getuigen pertinentelyk onthouden heeft
de tyd, wanneer welgemelte Hr. Admiraal hetzelve
jegens zyne huisvrouw heeft gesegt, nogte ook hoeveel
tyd daartusschen het voorsz. zeggen van welgemelten
Hr Admiraal tusschen byde gekomen was. Nog verÂ
klaarde zy getuigen dat zy gehoort hebbende, dat
jaartje Willems huysvrouw van de voorn. Capiteyn
van Gelder, en des zelfs erfgenaamen nu komen te
eischen van de requiranten in deezen duizend Ducatons,
en dat uit zeker briefie twelk by welgemelte vrouwe
de Ruiter zoude zyn gepasseert, geensints gelooven kan,
dat aan dezelve Saartje Willems ende de voorn. ErfÂ
genaamen zodanig een somme zoude Competeeren te
min omdat de welgemelte Hr en Vrouwe de Ruiter
sedert meer dan dertig jaaren by yder een gehouden'
zyn geworden voor zeer suffisante en zeer eerlyke
luyden, ende dat zy getuigen overzulks int allerminste
niet kan denken, indien welgemelte Hr en Vrouwe de
Ruiter die somme aan den voorn. Capiteyn van Gelder
en zyne huisvrouw schuldig zouden zyn geweest, dat
zy dezelve onbetaald zouden hebben gelaaten. En nog
te minder wyl haar getuigen bekent is, door veel beneÂ
ficiën door meergemelten Hr en Vrouwe De Ruiter aan
de familie van den zeiven Capiteyn van Gelder bewezen,
dat zy veel genegentheyt voor dezelve familie hadden.
Geevende enz. (Wordt vervolgd).
Grafschriften te Buitenzorg op Java.
Medegedeeld door M*. P. C. B. v. T. P.
In den Botanischen tuin te Buitenzorg bevindt zich
een paar honderd meter van het paleis van den
Gouverneur-Generaal eene begraafplaats , waar verÂ
scholen onder hooge bamboestruiken , eenige familieleden
van gouverneurs-generaal en gouvernementsambtenaren
begraven liggen. De volgende grafschriften teekende
ik op:
I. Maria Catharina 1)
van Heerdt
II.
geb. 23 Julij
18 51
gest. 11 Nov.
Hier Rust
Martinus
van
Doorninclc
') Zie Ned. Adelsboek 1903 bl. 178.
P.
III.
IV.
V.
VI.
VIL
VIII.
IX.
Geboren te Deventer
den 17 Septr. 1787 oud
33 jaren, 7 maanden en
21 dagen en overleden
den 11 Mei 1821.
Eleonore Cornelie Louise
van Gennep
Geb. 4 July 1856.
Gest. 16 April 1858.
Baudewijn Peereboom
Geboren
te
Punnerend den lon April 1805.
O verleden
te
Buitenzorg den lou Maart
1821.
Vrouwe
E. A. Gallois
geboren Martini.
Geb. 23 Maart 1811
Gest. 17 Nov. 1841 »)
en
Charles Johan Gallois
Geb. 18 Dec. 1838.
Gest. 2 Mei 1841. ')
Hier rust
Jan Senrik Gabriel
Vosmaer
In leven Assistent Resident
van Maros op Celebes.
Geboren te 's Gravenhage
den
2 April 1801
Overleden te Buitenzorg
den lsten November 1834.
I. B. L. O.
Van Den Bosch
Geb. 20 Novb. 1834
Overl. 20 Juni 1836.
Elizabeth Jacoba Pit
geb. Mazel.
Geb. 's Gravenhage den 5on Dec. 1829.
Overl. te Buitenzorg den 90U Dec. 1901.
J. L. Mouton
Adj. Secretaris
der
Ind. Regeering.
Stierf algemeen betreurd
den 3 December 1831
oud 29 jaren.
i) Ned. Adelsboek 1907 bl. 359 verwart deze data. Men leze in
j plaats van 2 Mei: 17 Nov. 1841. P.