De Nederlandsche Leeuw, jaargang 32 (1914)

147 148 Stel u 'eens voor, dat ik mij dit jaar zou moeten begeven 'in dat wespennest van de oudste geschiedenis der van Lynden's, waarover sinds eeuwen reeds zooveel geschreven is! Ik denk hier niet aan en begin met Dirk, die Ermgard van Keppel huwde. Met de stamreeksen, in het buitenland op te sporen, is het bijna dezelfde zaak. Doch daar wordt niet alleen veel tijd , doch ook geld gevraagd. . De archieven in België reageeren bijna niet op ver­ zoek om nasporing. Gent en Antwerpen b.v. leveren niets dan na herhaald schrijven en tegen hooge legesgelden. In Duitschland is het nóg erger, als men buiten de Rijksarchieven komt, is het zelfs eene uitzondering, als men antwoord krijgt van secretarieën of geestelijken. Het klinkt heel mooi in de kritiek over van Geen is veel meer te vinden in Gent, over Gülcher in Duis­ burg etc. (N.B. krijg ik de raadgeving de rekeningen en boetegelden-registers van Brabant in Brussel te gaan bewerken ter aanvulling der stamreeks der de Kempenaer's), maar hij , die dit schrijft, weet zelf genoeg uit ondervinding, wat zulk een onderzoek vergt en dan noem ik zulk geschrijf kritiek tegen beter weten in. Waar wij jaren -lang en tot vervelens toe de mede­ werking van ieder, die ons helpen kan, hebben inge­ roepen, begrijp ik niet, waarom zij die beter meenen te weten ons hunne wetenschap en licht onthouden. De enkele raadgevingen, die wij kregen op wat be­ leefder en welwillender wijze gegeven, hebben wij steeds in dank ontvangen, met nauwkeurigheid onderzocht en er vaak ons voordeel mede gedaan. Waarom dan die onaangename, aan insinuaties grenzende opmerkingen in de kritieken? Waarom toch iedere recensie tot kritiek gemaakt, zoodat deze steeds hoofdzaak wordt? Wij hebben toch nooit beweerd onfeilbaar te zijn, of het buiten anderer hulp in onze omvangrijke taak te kunnen stellen! Alleen kan ik verklaren, dat ik al mijn vrijen tijd gedurende tien maanden van het jaar aan die taak opoffer, en dat dit voor zoover ik weet, ook het geval is met de andere redacteuren. Een be­ kend Engelsch genealoog, die alle Adelsboekjes van Europa geregeld moet aanschaffen voor zijn eigen werk, heeft mij meermalen verklaard, dat hij er geen een kende, zóó accuraat en volledig, als het Nederlandsche . Vanwaar dan die tegenstand? Ik heb mij wel afge­ vraagd: denken sommigen misschien, dat wij zulke goede zake maken met ons werk, dat men ons steeds meer en hooger eischen kan stellen, vooral waar de prijs van het Adelsboek langzamerhand ook 20 pet. gestegen is ? Is dit het geval, dan kan ik hun ver­ klaren, dat zij zich zeer vergissen. Leges en porto's vergen meer dan het honorarium bedraagt! Moge het bovenstaande er toe bijdragen, dat ieder, die daarvoor in de gelegenheid is, onze taak helpt te vergemakkelijken! Palthe, door Mr. A. S. MIEDEMA. Dezer dagen had ik gelegenheid een oud register uit het kerkelijk archief van Denekamp na te gaan, dat jaren lang zoek is geweest en thans bij een der Enschedeesche geschiedkundigen berust. ') Zie o. a. M. G. Wildeman in â??de Wapenheraut' jaarg. 1914, N° 2, p. 92 e. v. In dat register bevattende een trouwboek, een doop­ boek en een doodenboek, zoomede een lidmaten-cahier van veel lateren datum, vond ik o. a. tal van gegevens omtrent de familie Palthe. Ik heb deze verzameld en zij gaan hierbij. Uit het trouwboek: 9 Maart 1679 Berend Palthe ondertrouwd met Gesina Warners van Ootmarsum. 7 Februari 1686 Berend Palthe ondertrouwd met Anna Somberch van Bentheim. Mei 1703. Gerryt Jan Palthe j.m. ondertrouwd met Bartha Elizabeth Stoppers, nagelatene weduwe van wijlen salige Berend ïyneke in sijn leven koster en orgelist tot Emlenkamp. 25 Mei 1704. Aleida Palthe j.d. ondertrouwd met D°. Johannes Henricus Weerman j m. van Almelo, praedicant te Denekamp. 2 Julij 's Woensdags in den houwelijken staat bevestigt door d°. Renr. Palthe S.S. M candidaat. (zwager.) 13 Febr. 1712. Anthoni Palthe j.m. orgelist en school­ meester ondertrouwd met Aleyda Meyers j.d. van Laage. Zij hertrouwt 27 Juli 1727 met Arend Jansen Veldhof. 7 Octr. 1714. Gerryt Jan Palthe j.m. ondertrouwd met Magdalena Leferinck j.d. uit Delden. 16 Oct. 1717. Anna Judith Palthe j.d. ondertrouwd met Georg Andreas Muhlfort uit Zöwits int Furstendom Anhalt. Hij hertrouwt als weduwnaar 14 Mei 1733 met Anna Maria Buninks van Bentheim en was toen hovenier op Zingraven. 16 Nov. 1721. Sebastiaan Fox j.m. van Denekamp en Renrica Palthen j.d. van Denekamp . 7 Dec. 1726. Antoni Palthe wedr en borgemeester ondertrouwd met Henderina Schuiten j.d. van Goor. 20 Maji 1725. Margreta Palthen j.d. ondertrouwd met Willem Sombergh j.m. v. Bentheim. 16 Maart 1727. Anna Magdalena Palthen j.d. onder­ trouwd met Derk Sombergh j.m. van Bentheim. 3 Maart 1735 trouwt Derk Sombergh weduwnaar met Hindrikjen Klifmans. 30 April 1727. Gesina Palthen j.d. ondertrouwd met Daniël Ruink j.m. v. Bentheim. 27 Juli 1727. Arend Janssen Veldhof j.m. van Dene­ kamp met Aleida Meyers, weduwe Palthen tot Denëkamp. Uit het Doopboek (1684, 1685 en 1687â??1699): 1675. Nov. 14. D°. Johannes Palthe syn dochter nomine Aleida. 1677. Jun. 4. D°. Johannes Palthe sijn soon nomine Anthonius. 1680. Jan. 11. Berend Palthe syn soon nomine Gerryt Jan. 1682. Jan. 15. Berend Palthe en syn vrouwen Gesina Warners soon Anthonius. 1703. Oct. 12. Anthoni Palthe syn soon nomine Johannes na salige D°. Johannes Palthe genoemd. 1709. Juli 21. Anthoni Palthe syn dochter Magdalena. 1711. Febr. 26. Anthoni Palthe syn soon Rindrik Jan. 1713. Jan. 8. Anthonius Palthe, de schoolmeester zijn zoon Derk. 1716. Majus 24. Anthoni Palthe schoolmeester zijn zoon Derk. â?¢