De Nederlandsche Leeuw, jaargang 33 (1915)

29 30 Het oorkonden-materiaal over de Limburgss tussehen 1240 en 1450 is buitengewoon talrijk, gelukkig'is de tak, waaruit de Limburg Stirum's stammen, steeds te herkennen van den ouderen tak der Limburg's (Hohen Limburg, Limburg-Br oich enz.), hoewel in beide takken voortdurend de voornamen Dirk en Euerhard voorkomen. Dit herkennen berust hierop, dat de leden van dien ouderen tak zonder uitzondering compareeren met den titel van graaf en die van den jongeren tak zonder uit­ zondering als heer van Limburg. Doordat deze laatste tak in het bezit was van de heerlijkheid Stirum (reeds in 1200 eene bezitting der graven van Altena), komen de leden van dien jongeren tak ook wel voor als: von Limburg genannt von Styerheym, maar daarom waren het geen Stirum's, maar wel degelijk Limburg's. Toen dan ook in 1508 die oudste tak der graven van Limburg uitstierf en over hunne bezittingen en erfenis processen gevoerd werden o. a. tussehen de graven van Nieuwenaer, de graven van Bentheim, enz., ging zonder tegenspraak de grafelijke titel over op den jongen George van Limburg, den eenigen uit den jongeren tak, n.1. dien der heeren van Limburg en van Stirum, die tot instandhouding van het geslacht den geestelijken stand voor den wereldlijken verliet en uit wien de latere van Limburg Stirum's allen afstammen. Maar ook die latere Limburg Stirum's hebben zich tussehen 1500 en 1680 nimmer van Limburg Stirum genoemd. De talrijke acten hen betreffende, berustende in het archief van het Hof van Gelderland (processen), in dat van het kasteel Bergh en in dat der heerlijkheid Borculo, betitelen hen steeds en zonder uitzondering als: graaftvan Limburg^en Bronkhorst, heer.yan Stirum, Wisch en Borculo, dikwijls zelfs alleen als Bronkhorst, zoodat men in die stukken moeite heeft er een Limburg Stirum' uit te herkennen. > Ook in het gecombineerde wapen komen wel voor het blazoen van Limburg, van Bronkhorst, van Wisch, van Borculo, van Gemen, doch geen wapen van Stirum, wat toch wel het geval zou.zijn geweest, indien Stirum meer ware geweest dan een bijnaam of toevoeging. Ik kan dan ook de overige redactieleden slechts prijzen, dat mijn raad is opgevolgd geworden, om het artikel op de L. te blijven behouden, daar de familienaam van Limburg en niet van Stirum is en betreur het slechts, dat geen lid van dit geslacht de roeping gevoelt het talrijke en prachtige oorkonden-materiaal te doorworstelen, dat voor een studie over deze afstamming nog braak, doch ook voor het grijpen ligt in talrijke oorkondenboeken van West-Duitschland en andere Duitsche publicaties. ~ KORTE MEDEDEELINGEN. , Tra Kranen. Aanvulling Nederl. Patriciaat 1912. Jan Tra Kranen 1711â??1787 trouwt Goor 1734 Sara Jets, do3hter van Georgius Jets, moet zijn dochter van Jur riaen Jets en Clara Lippinkhof Andriesdochter. Volgens ordinaris kwijtschelding te Amsterdam 1737 fol. 20 treedt Benjamin Jets op als, krachtens acte 5 Sept. 1736 voor B. & Sch. van Zwolle verleden, gemachtigde van Jan Tra Kranen en diens huisvrouw Sara Jets, eenige geïn­ stitueerde erfgenaam van haar grootvader Andrïes Lip­ pinkhof volgens diens testament dato 22 Juni 1722, notaris Michiel Servaes te Amsterdam. Zie ook nog acte 6 Febr. 1736, notaris Philippus Pot te Amsterdam. Clara Lippinkhof Andriesdochter is begraven Oude Kerk to Amsterdam 2.Januari 1716 en laat na Jurriaen Jets in de oude Teertuinen. Op 3 November 1716 heeft de weduwnaar bewijs gedaan. Jurriaen Jets was nog in Mei 1735 burgemeester van Goor, benevens collecteur der Stad aen 't Comptoir van Twente. Hij komt als maandschepen het eerst voor 10 Juli 1725. R. Mr. H. W. Nahuys. Op verdienstelijke wijze werden in Adels- archief 1903/04 in een inleiding tot de genealogie Nahuys en Van Nahuys de z. g. bewijsstukken onderzocht, die hebben gediend voor een beweerde afstamming uit het dynastengeslacht Ahausâ??Horstmar. Hier moge nog gewezen worden op de noot in De Raadt's Sceaux Armoriés I 162(b) na de beschrijving van eenige zegels Ahaus: â??Gelre donne ainsi le blason de Jonker Ludolf van den Nahuus (NOM RETOUCHE PAE UNE MAIN MODERNE), homme de 1'évêque de Munster: écar telé d'or et de gueules.' D. D. Muelen (van der). In het nieuw verschenen Adelsboek is opgenomen de familie van der Muelen. Voor naspoorders is het niet van belang ontbloot, te weten, dat de heer en mevr. J. Tromp Meesters van der Muelen te Steenwijkin bezit hebben een prach­ tige coupe van gedreven zilver (goud verguld), waarin staat gedreven een symbolieke voorstelling van wat Andreas van der Muelen voor Antwerpen heeft gedaan en waarin het. volgende randschrift is gegraveerd: â??An dreae van der Muelen ob egregiam operam in sopiendis dissidiis quae religionis ergo ingruebant Gratitud. Mo­ nument. S. P. Q. A.' wat ik vrij zou vertalen: â??De ge­ meenteraad van Antwerpen heeft uit dankbaarheid aan Aedreas van der Muelen wegens zijn voortreffelijken arbeid in het doen ophouden van de godsdiensttwisten hem dit gedenkstuk ter herinnering aangeboden.' Bij de coupe behoort een oorkonde, die in het bezit is van een lid derzelfde familie. De coupe is,van groote waarde. Steenwijk. Mr. H. HAITZEMA VIÃ?TOR. Sasbout. (Gen. Her. BI. VII (1912), 233.) In het Koor der Herv. Kerk te Noordwijk ligt een grafzerk met het volgende opschrift: â??Hier leyt begraven Joffrow-Liedewy Sasbout dochter va[n] zal[ige] Heer Arent Sasboutjs], Rid­ der ende President tot Brvs[s]el, Huysvrow van Jonc-Heer Jacob van â?? Scherpenzeel ende â?? sterf den 4 Mey 1611.' D. D. VRAGEN EN ANTWOORDEN. Boe(u)v(f)et . In 1763 woonde te Amsterdam Jan Boevet, wiens zuster ongeveer 1743 gehuwd was met Johann Borghard van der Linde(n), geb. in Hannover, deze hertrouwde in 1762 te Curacao en leefde nog daar in 1763. Uit het eerste huw. sproten o. m. 2 jongens (in 1763 resp. 16 en 6 jr.) van der Linde, die opgevoed werden door hun oom Jan Boevet vd. Gezocht worden â?? zoo mogelijk met data en plaatsen van geb. en huw. â?? de voorouders van Jan Boevet en diens zuster Maria, benevens die van den echtgenoot der laatste, Johann Borghard van der Linde, Hannoveraan. Ook losse, ge­ gevens zijn welkom. Tiel. Jonkhr VAN KINSCHOT.