85
86
doodkleed gebruijkt, wijlen Juffrouw Anna Elizabeth
Keerres gebooren Bos.
Den 5 Maart Is in de kerk begraven een kind van
de Heer J. Oeijr, schrijver in de Comp. van de heer
Oapt. van Diesbach in het Regiment Zwitsers van den
Heer Oversten Sturler.
Den 27 Maart Is in de kelder van de kerk bijgezet
wijlen Mejuffrouw Maria Elizabeth Smitslmysen gebooren
Lunneschlos. Het beste doodkleed gebruijkt en drie poosen
geluid.
Den 8 May Is in de kelder van de kerk bijgezet en
het beste doodkleed gebruijkt wijlen Mevrouw Henrietta
van der Hoop gebooren Peterson.
1777.
De 4 January Is in de kerk begraaven en het beste
doodkleed gebruijkt wijlen Mevrouw. Anna Elizabeth
Oenaine gebooren Bordey.
Den 18 April Is in de kelder van de kerk bijgezet
wijlen den Hoog Edele Gestrenge Heer Carel Sturler,
overste van een Regiment Zwitsers ten dienste deezer
Lande etc. etc. Het beste doodkleed gebruijkt en drie
poosen geluid.
Den 25 April Is in de kerk begraaven het kind van
de Heer C. (Caarl) Haugwitz (Hugewitz), Luijtenant in
het Regiment van Duytz. â?¢
Den 14 Juli Is in de eerste kelder van de kerk begraven
Juffrouw Belia Schmidtmann gebooren Corneli. Het beste
doodkleed gebruijkt en drie poosen geluid.
Den 8 Augustus Is in de kerk begraaven en het beste
doodkleed gebruijkt wijlen de Heer John Douglas, Lieu
tenant in het tweede Batt. Schotten van den Ooll. Dundas.
Den 2 December Is in de kerk begraven het kind van
de Heer Panning, Auditeur van het Regiment Zwitsers
van den Heer Oversten Sturler.
Den 8 December Is in de kerk begraaven en het beste
doodkleed gebruijkt, wijlen de jonge juffrouw Johanna
van sGravenweert.
Den 17° December Is in de kerk begraaven en het beste
doodkleed gebruijkt wijlen de Heer Joh. Georg Hubertus,
Chirurgijn in de comp. van den Major du Goumoeins in
het Regiment Zwitsers van den Heer Overste G. Sturler.
1778.
Den 30 Maart Is in de kerk begraaven en het beste
doodkleed gebruikt wijlen de Wel Edele Gestrenge Heer
Adam Wille, Capitein ten dienste deezer Lande.
Den 30 Juli Is in de kerk begraaven en het beste
doodkleed gebruijkt wijlen de Wel Edele Gestrenge Heer
Johan Daniël Jacob van Pittius, gepensioneerd Capitein
ten dienste deezer Landen.
Den 5 October Is in de kerk begraaven en het beste
doodkleed gebruijkt wijlen Helena Feitman gebooren
Colison.
Den 8 October Is in de kerk begraaven en het beste
doodkleed gebruijkt van wijlen de Heer Gerhardus Johan
nis van Triest, gepensioneerd Lt. van het Regiment van
den Lieutenant Generaal Deuts.
Den 19 October Is in de kerk begraaven en het beste
doodkleed gebruijkt wijlen Zara Catharina Skeene geÂ
booren Landtmeter.
Den 10 November Is in de kerk begraaven het kind
van de Heer Fredrik de Watteville, Capt. Luytenant in
het Regiment Zwitsers van den Heer Overste G. Sturler.
Den 30 November Is in de kerk begraaven en het
beste doodkleed gebruijkt, van wijlen Hendrieka MargaÂ
retha Janssen gebooren Meijer, huijsvrouw van Jacobus
Janssen, Canonnier in de Comp. van den Heer Overste
en Generaal Major Martfelt.
Den 4 December Is in de kelder van de kerk bijgezet
en het beste doodkleed gebruijkt en drie poosen geluijd,
wijlen de Hoog Wel Geboore Vrouw Mevrouwe Jeanneite
de Watteville, gebooren Sturler.
1779.
Den 2 Juli Is in de kelder van de kerk bijgezet wijlen
de Heer Jules Bartholomé Louis Bouquet, Capiteijn
Lieut. in het Regiment Zwitsers van den Heer Lieut.
Gen. Bouquet, het beste doodkleed gebruijkt en drie
poosen geluijd. (Wordt vervolgd).
De zoogenaamde kroes van Marnix van
St. Aldegonde,
doo r J. D. WAGNER.
In 1909 werd te 's Hage eene tentoonstelling van oude
kunst en oude kunstnijverheid gehouden. Onder n° 240
zond de Generaal van Löben Seis in een zilveren kroes,
die in den catalogus als volgt nader werd omschreven:
Gedreven kroes met gegraveerd bloemornament. In een
band de volgende spreuken: verbum sapienti â?? Requies
alibi â?? What ghij doet doet wijselijck â?? Siet aan het
einde. Aan den voet rondom den kroes drie fraai geÂ
graveerde voorstellingen met deze opschriften: Claes
sprinckt soo dol als waer hij vol â?? Springh lustig Seis
schort op u pels â?? Al soetis griet soo haestigh niet.
Op den bodem staat gegraveerd-: â?¢
MDLX
'P de St. Aldegonde
In. Memor. Rev. Et Record
ü. D. Et Yot. Lub. Solvit
H. Pat. Prati Cariss.
P. De Sells Norc.
Til. Et Conjugi Dii
Marnix.
(Deze kroes is afkomstig van Marnix van St. Aldegonde).
In eene aankondiging en bespreking der bovengeÂ
noemde tentoonstelling in de N. R. C* van 16 Maart
1909 wordt van dezen kroes het volgende gezegd:
â??terwijl de kroes n° 240 afkomstig van Marnix van
St. Aldegonde, behalve door zijne historische waarde,
ook zeer de aandacht verdient door de daarop aanÂ
gebrachte versieringen en voorstellingen. De groepjes
dansende boeren doen aan de geestige prenten van Pieter
Quast 1) denken.'
Een dezer dagen is de kroes op eene publieke veiling
geweest en werd daarbij wederom toegewezen als afÂ
komstig van den grooten S' Aldegonde.
Dus op drie plaatsen toegewezen aan den man van
wien G. Brandt schreef:
Hier zien wij Marnix noch, dien Brussel bragt in 't leven
Den schrandren Edelman, die 't Papendom deê beven
Den tolk der bijbeltaal, op maat en zonder maat,
Den Predikant voor 't Hof, den Raetsman van den Staat.
En toch is de kroes niet van onzen Marnix. Slechts
de woorden: Requies alibi2) op het lichaam en het
*) Werkte te 's Hage en Amsterdam, geb. 1605 of 1606, overleden 1647.
2) Repos ailleurs was het devies van Marnix.