177 178
geslacht Gockinga. Haar huwelijk met Ludolf Henrici
Wefumëus schijnt met luister te zijn gevierd.
â?¢ Het had plaats in het Provinciehuis. Het register van
Resolutiën van Gedeputeerde Staten bevat.: â??Saturni,
den 13 Aprilis 1622. Op 't versoeck van den heer Syn
dico Gockinga is geaccordeert dat hij sijn dochters
bruijlofft in 't provinciehuis sal mogen houden.'
Hun kinderen namen zooals wij reeds zagen haren
naam , Gockinga, aan.
Die naamsverandering moet m. i. ongeveer in 1644
zijn geschied, na den dood van Hille, die in 1642 overleed.
Uit eene aanteekening van Ludolf Wichers blijkt, dat
zijne moeder, Hille's dochter, eerst Clara Ludolphi heette,
en dat Clara Ludolphi 19 Januari 1645 trouwde. In de
huwelijksche voorwaarden (12 Dec. 1644) van Hille's
dochter wordt deze genoemd Clara Ludolphi, terwijl in
dorso van die akte is geschreven: â??Clara Gockinga, anÂ
ders Ludolfi.' Later, in 1667,'wordt geschreven, dat op
19 Januari 1645 huwde Clara Ludolphi Gockinga.
. In de huwelijksche voorwaarden (4 Sept. 1651) van
een van Hille's zonen, wordt deze eenvoudig genoemd
Scato Gockinga.
Zooals boven is vermeld hertrouwde Hille in 1637,
twee jaren na het overlijden van genoemden echtgenoot,
met Adolphus Louwens, Burgemeester van Groningen.
Zij overleed in 1642 en werd begraven op het koor
der Martinikerk. Op haar grafzerk staat te lezen: â??Den
16 Novembris 1642 is in den heeren gerust d' eer ende
Deugentrijke 'vrouw Vrouw Hille Gockinga, Huisfrouw
van den Erentf. Adolfph. Louwens, Secretaris van De
Hooge Gerichtscamer- deser Provincie.' (Zie de plaat).
Nog eene opmerking naar aanleiding van het door de
tegenwoordige Gockinga's gevoerde wapen. De heer Pol
vliet schrijft in zijn reeds meermalen aangehaald artikel
(Gen. Her. BI. 1906, pp. 68â??69) dat de oude Gockinga's
in blauw een zilveren lelie voerden, de latere Goekinga's
echter het wapen Werumëus lieten varen en het wapen
der familie Bauckens (met den arend) aannamen, aan
welke zij verwant waren en welke familie uitstierf. De
kinderen van Hille zouden dus bij het aannemen van
hun moeders naam, niet ook haar wapen aangenomen
hebben. Dit nu is onjuist. Het waren de oudere
Gockinga's die door het huwelijk van Tammo Gockinga
in 1483 met eene Bauckens van Farmsum aan laatstÂ
genoemd geslacht vermaagschapt waren. Zij waren het,
die in den loop der 16de eeuw tijdelijk den naam en
voorgoed het wapen Bauckens aannamen. De kinderen
van Hille Gockinga namen dus tegelijk met den naam
ook het wapen hunner moeder aan.
Niet alleen Hille Gockinga, maar ook hare tante Kenna
Gockinga, zuster van den Syndicus Scato, gehuwd met
Wilhelm van Viersen, voerde den arend als wapen. Dit
blijkt uit bovengenoemde grafzerk, waarop dat wapen
tweemaal, in 1630 en 1642, werd gehouwen.
Van Hogendorp,
doo r J. D. WAGNER.
De volgende brief door Maximiliaan Louis van Hangest
baron d' Yvoy, lid van den Hoogen Raad van Adel,
gericht aan een onbekenden HoogWelGeboren Heer en
thans in mijn bezit, komt mij belangrijk genoeg ter
mededeeling- voor. .
s' Hage 31 Decemb. 1814:
Hoog Wel Gebore Heer!
Daar UHWG. mij het vertrouwen beweezen heeft, mijne
meening te vragen over de Memorie en daarbij gevoegde Genealogie
en Bewysstukken van de famillie van Hogendorp (welke hier
nevens te rug gaan) is het mij een pligt, zulks met openhartigÂ
heid te beantwoorden, en mijne gedagten, vrij te uiten, het al
aan de kunde en beter oordeel van UWGeb. onderwerpende, r-.
De familie van Hogendorp, een watermoolerad van Swart 'op
een Wit Yeldt voerende, is zeedert de 16 Eeuw, zodanig onder
de aanzienelijke van dit Land bekend, dat het mij voorkomt, het
aan deszelfs luister en aanzien, niets kan toebrengen, haar op
twijfelagtige gronden en gissingen, eene door autentique bewijzen,
niet gestaafde filiatie, te geeven, en haar hierdoor welligd, misÂ
leid door de eensluidenheid van naam, te vermengen met andere
Geslagten, welke door de verschillendheid der wapenen van den
anderen onderscheiden zijn.
Het is UHWG. zeekerlijk bekend dat er Hoghendorpen geweest
zijn die gevoerd hebben een zilver veld, met eene'azure face in
wiens midden een zilver wagenrad, boven 2 en onder eene azure
lelie. Een ander die voerde een zilver veld met drie azure claver
bladen, 2 en 1 en een derde, die voerde een klimmende leeuw,
waarvan eene zerk zig nog a° 1612 in de Oude Kerk te AmsterÂ
dam bevond van deeze forma ') en met dit randschrift: ,
a° XVCXXXVIII den XV Juny stierf Cornelis van HogenÂ
dorp alhier begraven bidt v. d. Siel a° XVCLI den.V dach
Octobris Margareta Cornelisdr. syn huysvrouw bidt v.. d. Siel.'
Aangaande de twee eerste zijn mij niets dan de wapenen bekend,
dog dit komt mij genoegzaam voor, om in het opmaken der filiatie
van een dier familien, nauwkeurig agt te geven op het wapen,
dat die geenen waartoe men zegd of verondersteld, iemand beÂ
hoord te hebben, heeft gevoerd en zulks diend te kunnen bewijzen.
In de Memorie word stellig geposeerd, dat het Geslacht van
Hogendorp voornamelijk afstamd van Thomas van Hogendorp Ridder,
welke leefde in het midden van de vijftiende Eeuw, onder de RegeeÂ
ring van Philips Hertog van Bourgondien, Gr. van Holland, en dat
van Thomas van Hogendorp tot hier toe de afstamming van Vader
tot Zoon, met bewijzen gestaafd word.
Dan dit word door de Genealogie niet bevestigd, dat is, door
zodanige bewijzen die eene onafgebroke filiatie onbetwistbaar
stellen. Want genomen, dat alle de bewysen voor de lste, 2de en
3de generatien wierden geproduceerd, zoude als nog moeten be
weesen worden, dat Thomas van Hogendorp in de 4de generatie
voorkomende, .zoon geweest is, van Qysbert in de 3de voorÂ
komende, waaromtrend niets bewezen word. Zo als ook niet be
weesen word, dat Gijsbert van Hogendorp, voorkomende in de
5de generatie de zoon is van Thomas van Hogendorp en dementia
Canter voorkomende in de 4de.
Onkundig zijnde van den inhoud van zeekere notarieele acte
in dato 22 Juny 1580, waarvan gezegd word, dat hij Ghysbert
voorkomt als man en voogd van zijne huisvrou Josina Oem van
Wyngaarde, zoude door dezelve (zo nog zijn Vader en Moeder,
nog zijne kinderen daarin genoemd worden) niets anders beweezen
worden, dan dat een Ghysbert van Hogendorp, met eene Josina
Oem van Wyngaarden was getroud geweest, sonder deese Ghysbert
in eenige betrekking te stellen tot Thomas die gezegd word zijn
Vader, nog tot Cornelis, die gezegd word zijn Zoon geweest te zijn.
Ook zal het denkelijk UHWGeb. aandagt niet zijn ontglipt
dat bij van Gouthoven (welke hierin door van Leeuwen schijnt
na geschreeven te zijn) in het Geslacht van Oem van Wyngaarden,
de vrouw van Ghijsbert van Hogendorp verschillend word opge
geeven: hier word zij Josina genoemd, dogter van Cornelis en
van Geertrui van Honthorst: bij van Gouthouven, word zij Maria
genaamd en de dogter van Cornelis Heer van Wijngaarden en
van zijne tweede huisvrouw Maria van Abbenbroek. Gouthouven
was zeekerlijk de tijdgenoot van Cornelis van Hogendorp, de zoon
l) Hier is geteekend een mannelijk schild gedeeld 1. de klimmende
leeuw en 2. twee fasces, de bovenste beladen met drie, de onderste
met twee ruiten.