1«9
140
Ik wil nog op één punt de aandacht vestigen, het
land de Huerst was blijkens de transport&cte o. m. beÂ
zwaard met een tijns van 2 gld. aan het Capittel te
Batenburg en nu vind ik 'in de kerkrekening van
Batenburg over 1709 een post van 2â??0â??0 aldus:
â??inkomsten van de Capel tot Lienden in 1709,
Jan Janssen tot Lienden en Maria Comelissen,
echtelieden â??erfgenamen, vóórdesen Willem Dircksen
en eertijts sijn moeder Eva Willems uit huis en hof
te Lienden 2 gh o st. o'.
Alzoo: de erfgenamen van Jan Janssen tot Lienden
betalen in 1709 aan de -kerk te -Batenburg een tijns
afkomstig van Willem Dirks en voordien van zijn moeder
Eva Willems. â?? En blijkens de Batenburgsche schepen
acte verkoopên de kinderen van Willem Dirks en Cor
talina Janssen in 1675 land te Lienden aan (hun oom)
Jan Janssen aldaar, o. m. bezwaard met een tijns van
2 gl. aan het Capittel te Batenburg. Misschien betreft
het hier denzelfden tijns en dan heette de mofeder van
Willem Dirks zeker Eva Willems. (Yfken = Eefke =
Eva is dan naar haar grootmoeder genoemd).
Nu moet het volgende nog vermeld worden: reeds
een kleinzoon van onzen kapitein Jan van Batenburg
(1652â??1720), n.1. Jan Willem van Imbyze van BatenÂ
burg, (1756â??1837), werd 2 Septr 1820 ver heven, in
den Nederlandschen Adel. Blijkbaar had hij dus geen
enkel bewijs voor de beweerde grafelijke afstamming
kunnen overleggen.
Het is mij niet mogen gelukken de doopacten van
Jan Willems en zijn broeders en zusters te vinden,
omdat het oudste doopboek 1608 â??1702, thans verÂ
dwenen heet en noch op het gemeentehuis noch bij
den predikant te vinden is. Opzet? ik weet het niet,
wel weet ik dat in de 19° eeuw leden dezer familie
in Batenburg zijn teruggeweest. Heeft een toen ingeÂ
steld onderzoek het absurde hunner pretenties aangetoond?
en zijn er toen boeken zoekgeraakt? Gelukkig, dat de
Batenburgsche en Leursche schepenprotocollen dan de
oplossing hebben gebracht.
Ten slotte de vraag, hoe is zooveel fantasie en onzin
nopens de afstamming in de familie gekomen? De stamÂ
vader Jan van Batenburg heet tot zijn begraven op
13 Aug. 1720 (te Hulst) steeds eenvoudigweg: de luiteÂ
nant en de kapitein (Jan) (van) Batenburg, eerst na
zijn dood, het eerst' in 1721, komen zijn zoons met
den naam van Imbyze van Batenburg voor den dag.
Is Willem Dirks misschien een bastaard der Imbyze's?
Maar de naam Dirk komt in die familie nooit voor.
Het is natuurlijk mogelijk, dat er een intieme relatie
bestaan heeft tusschen een officier van Imbyze en een
gravin van Bronckhorst-Batenburg, 'hetzij te Wesel, of
te Heusden (waar zoowel een Jacob van Imbyze als
1een van Horne gouverneur is geweest), of waar ook.
Heeft Willem Dirks, die denkelijk in zéér onderge-
ongehuwd officier Hembize ') en de Gravin Agnes, dat dit
kind is ondergeschoven in het gezin van Willem D er ricxea.
Gathalina Janssen en met de andere kinderen daarvan
is opgegroeid en later medegedeeld heeft m de goederen
dezer ouders, dat later geopenbaard werd, dat hij iets
anders was dan zijn aangenomen broeders en zusters,
waarom hij den naam van Batenburg droeg en de
anderen niet en dat ten slotte zijn kinderen en kleinÂ
kinderen geoordeeld hebben. tenslotte toch Imbizés te
zijn â?? zij het dan ook door bastaardij â?? en dien naam
aan den anderen naam hebben toegevoegd. De toevoeÂ
ging van den naam Imbyze bij afstammelingen van
Willem Derricx is anders onverklaarbaar!
â?¢ schikte betrekking op het kasteel Batenburg diende
(onze Jan heet immers in 1652 op het kasteel geboren
te zijn) iets van de gevolgen van zulk een misstap
afgeweten of een rol er bij gespeeld ? In dit verband
zou men de veronderstelling kunnen wagen, dat er
inderdaad een kind is geboren geweest van een gehuwd of
In ieder geval is door het gevondene de officie ele
afstamming thans geopenbaard. t,
Geslachte n Beninck , de Haes , van Noort , Stratenus .
door W. J. J. C. BlJLEVELD.
In N° 1492 van den catalogus bezit de Bibliotheek
van Leiden een aardig perkamenten bandje met goud
versierd en op voor- en achterplaat een ingedrukt wapen
vertoonend, nl. een dwarsbalk, vergezeld van boven
door drie sterren en van onder door een hart. Het
schild is omringd door de letters I M D en het geheel
omvat door eene ring waarop: Deo )et in Deum creden
ti nihil est impossibile. Het boekje bevat eenige geneaÂ
logische gegevens betreffende bovengenoemde geslachten
en daarachter enkele recepten. Het is afkomstig van
den bekenden Leidschen Magistraat Mr. W. J. van Noort
uit het begin der 19e eeuw.
Ik vermijd de omslachtige wijze van mededeeling
der letterlijke bewoordingen van den tekst en geef de
feiten alleen.
II ülem Matthijsz. Beninck notaris en subst. secretaris
van 's-Gravenhage trouwt Leiden Hooglandsche Kerk
(door Ds de Jonghe Sprinchuysen) Dinsdag 3 Feb. 1604
Mantghen van Thorenvlyet Willemsdr. Getuigen: de
beide ouderparen Matthijs Beninck secretaris van
's-Gravenhage en Alyt van Cuyl Jansdr., Willem van
Thorenvlyet Pouwelsz. en Pietertgen Nab'htegael Jansdr.
Willem Beninck was geb. te Delft 15 Oct. 1573,
Maria van Thorenvlyet te Leiden 20 Mei 1578. Hij stierf
aan de pest 82 jaar en 15 dagen oud Zondag 31 Oct.
1655, zij stierf aan waterzucht na vijf maanden ziekte
2 Juni 1654.
Uit dit huwelijk:
Mathijs Beninck, geb. te Amsterdam Vrijdag 9 Oct.
1609 en gedoopt in de Nieuwe Kerk aldaar door Ds
Petrus Plancius volgens den vader, door Ds. Hallius
volgens het doopboek Zondag 25 October. Getuigen:
Mathijs Beninck, vertegenwoordigd door zijn jongsten
zoon Hendrik, Willem van Thoorenvlyet en zijne dochter
Cornelia vrouw van Willem Dircxz. t Jong apotheker.
Hij stierf te Leiden 60 jaar en 4 maanden oud 6 Jan.
1670, begraven Hooglandsche Kerk. Hij trouwde als
notaris aldaar 1° Hooglandsche Kerk 29 Jan. 1636 door
Ds. Festus Hommius, Cornelia van Oy, geb. Leiden
x) Niet echter een Willem van dien naam, daar deze voornaam
niet in die familie oorkomt, deze voornaam werd later uitgevonden
omdat Jan in verschillende acten voorkomt als Jan Willemszoon van
Batenburg.