277 278
van Schuyl v. d. Does behooren den karakteristieken af ge
knotten snavel te vertoonen. V. Doom (Zeeland) voerde
oorspronkelijk doorntakken op groenen grond, hetgeen
door misteekening der arceering in purper zou zijn verÂ
anderd , deze vergissing, die inderdaad bij de adelsverÂ
heffing schijnt te zijn vastgelegd, wordt o. i. ten onrechte
1 door N. A. â??weggewerkt' door den grond als â??bruin'
te omschrijven, trouwens geeft de teekening duidelijk
purper aan.
Ten slotte zij nog opgemerkt, dat bij het bovenstaande
alleen is vermeld wat ook zonder nadere bronnenstudie
als onnauwkeurig kan worden gesignaleerd, waarbij nog
over enkele punten, â?? beschrijving van kronen e. dgl.
die tot verschil van meening aanleiding zouden kunnen
geven, is gezwegen. De groote moeilijkheden, die bij de
beschrijving der wapens zich aan de Redactie noodwendig
moesten voordoen, worden dan ook, evenmin als door
bovengemeld artikel in Maandblad 1912, onderschat. Doch
wel vleien wij ons te hebben aangetoond, dat enkele, ja
vele fouten in teekening en omschrijving zonder veel
moeite zouden te vermijden zijn. Waar de Redactie voortÂ
durend blijk geeft tegen herziening en omwerking harer
zich steeds verjongende uitgave niet op te zien, moge
met eenig vertrouwen worden verwacht, dat ook aan
het heraldisch gedeelte eens ter dege aandacht wordt
geschonken.
Naamlijst
der te Zutphen â??met de stadsroeden'
begraven personen,
medegedeeld door Jhr. H. H. RÃ?ELL.
De Memoriën en Resolutiën van Zutphen vermelden
maar weinig omtrent de regeling van het overoud geÂ
bruik personen â??met de stadsroeden', of liever voorafÂ
gegaan door de stadsroedendragers, ter aarde te bestellen.
Een enkele acte heeft er direct betrekking op, welke
hier volgt:
â??Op Sondach den XXI Septemb. 1607.
Geresolvert dat van nu vorts ahn niemandt vergunt
sall worden voer ennige dode lichamen die ter erden
sullen bestadt worden dan alleene die genige die des
Magistrats sijndt gewest, vuthgesundert adelicke PerÂ
sonen van Graeffschap und giestelijcke personen, nha
discretie die rode sall voergedrage worden.'
Wel leeren ons die registers, wanneer, door wie en
ten behoeve van wie dit voorrecht werd gevraagd,
met vermelding of het verzoek werd toegestaan, dan
wel, zooals een enkele maal geschiedde, werd van de
hand gewezen.
Een nauwkeurige opgave van deze inschrijvingen kan
zijn nut hebben, waar de plaatselijke begraafregisters
eerst op 26 Februari 1750 aanvangen.
1625. Mercurij 70a Decembris.
, Die schrijver van de Heer van Dorth zall. vuijt den
1 naem eïi van wegen die vrouw van Well versochte,
dat d' E. Heeren des Magistraets alhijr wilde geÂ
vallen het lijck tot aen de Nieuwsstatspoorte te
vergeselschappen, als oock twie vuijt oere middelen
te comtnittieren, die het voorts ter begraeffenis
wilden volgen tott Batthum toe, dienvolgens is
het versoeck, t' eerste punct aengaende bij haer E.
toegestaen, aengaende t' ander punct kan haer
E, sulcxniet thoestaen, vermits hares bedieninges
en amptes wegen sij haer beswaert daerin vinden
en niet sonder gevaer sulcx souden cunnen doen,
alsoo die sauvegaerde voor dengeenen die het lijck
tot Battum sullen moegen volgen, gegeven, niet
ampel genooch bevonden, alleen spreeckende van
de officiers des guarnisouns, als meede niet meer
dan door Graeff Hendrick van den Berghe geoc
troijert is (Dirck van Dorth, landdrost der GraafÂ
schap Zutphen, Heer tot Dorth, Ridderschap van
Zutphen, blz. 58).
1627. Sabbathij den Lesten Martij.
Die weduwe van wijlen den Rithmr. Justijn van den
Broucke tot begraffenisse desselvigen deser stadts
roeden vergunt. (Wapenheraut, 1918, blz. 507).
Sabbathi den 14 April.
Die weduwe en kinderen van wijlen Thomas van
der Cappelle wordt tot begraffenisse desselvigen
deser stadt roeden vergunt.
Den 15 Augusti.
Den vrunden van capns Prauwe en Leully op
hunne versueck der stadt rhoeden geaccordiert.
1643. Veneris den 28 Aprill.
Op t' versoeck gedaen uijtten naem van Stadtholder
Langen hebben Haer Ed. geaccordieret die roede tot
sijner vrouwen begraffenisse, then respecte sie een
Raetsfruntsdochter en een olde matrone is geweest.
(Judith Louwerman, gehuwd met Gerlich v. Langen).
Sabbathi den 16 Decemb.
Sijn op versoeck van den Heere van Hemmen geÂ
accordieret die roeden tot begraeffnisse van sijn Ed.
soon, alhijr ter schole gelegen hebbende en then
huijse van D.nB Arceris gestorven (waarschijnlijk:
Herman Hendrik, zn. van Diederik van Lynden,
Heer van Hemmen en Blitterswijk, Ridderschap van
Nijmegen, blz. 191).
1644. Veneris den 13 Decemb.
Verlesen die missive van vrouw weduwe van GavelÂ
len then Dam van 9 deses, waerbij Haer Eerss. ver
socht eïi genodicht worden ther begraeffnisse met
Haer Ed. overledene dochter, hebben Haer Eerss.
daertoe gedeputiert die Heeren Jacob van Winshem
en Willem Valcke Dr. (Frederica Christina van der
Capellen, Ridderschap van Zutphen, blz. 51).
1645. Martis den 21 Januarij.
Op d'ingecomene brieven van Mevrouw van der
Capellen then Dam sijn gecommittiert Willem Valcke
Dr. en Adam Caldenbach Dr., om wegens Haer
Eerss. die begraeffnisse van Jr. Gerrit Jan van der
Capellen bij te woonen. (Ridderschap van Zutphen,
blz. 98).
1647. Mercurij den 21 Aprill.
Die roeden vergunnet tot die begraeffnisse van
Joncker Buloe, soo nae den middach sal geeerdet
worden (Bernhardt van Buloe, burger van Zutphen
7 Jan. 1645?).
Sabbathi den 11 Decemb.
Op versoeck van wede van wijlen Jr. Hendrick van
der Leeuw is Haer die Roede tot sijner begraeffenisse
geaccordiert.
1649. Martis den 13 November.