173
174
zeven overigen beschouwd. Wat hiervan zij, de Raad
van Brabant is tot hot laatst blijven zegelen met het
Brabantsche landswapen, gedekt door den hertogshoed.
Fig. 9. Modern wapen van Noord-Brabant. 1920.
Op het einde der 18do eeuw was de volksgeest derÂ
gelijke zaken, die al te veel aan het leenstelsel herÂ
innerden, niet genegen en zoo kon het gebeuren, dat
bij bovenaangehaalde resolutie van 22 Juni 1795 beÂ
paald werd, dat het wapen met een burgerkroon d. i.
een lauwerkrans, zou versierd worden. Dezo krans is
in 1802 als tersluiks door â??de commissie tot de zaal'
van het Departementaal Bestuur door do hertogsÂ
muts vervangen zonder dat de opdracht, die zij ontÂ
vangen had tot het snijden van een nieuw formaatÂ
zegel, of het rapport, waarbij zij de stempels overlegde,
van dezo verwisseling reppen 31). Fig. 10. Het motief, dat
daarbij heeft voorgezeten, is moeilijk na te gaan. Ik durf
niet te beslissen, of men zich destijds van de draagwijdte
der bovengeschetste verandering rekenschap gegeven
heeft en zeer zeker is dit niet in het jaar 1814 geÂ
schied, toen men het sedert 1811 afgeschafte wapen
weder aannam, hoewel de republiek sinds 1806 een
koninkrijk geworden was.
De schildhouders van het tegenwoordige wapen zijn,
voor zoover ik weet, eene toevoeging van het jaar 1919,
die m.i. zonder schade had kunnen worden weggelaten.
De landskieuren van Brabant zijn, wij zagen het reeds,
') De resolutie van 3L Aug. 1802 luidt: â??Is goedgevonden het
klein zegel van dit departement alsnog voor den tans loopenden
jaare te doen drukken, gelijk tot hiertoe plaats heeft gehad, edog
met deze verandering, dat op den stempel van hetzelve de BrabantÂ
sche leeuw met het jaar 1802 en met omschrift eeniglijk van de
woorden Klein Zegel zal worden geplaatst''. Archief v. h. gewestelijk
bestuur, resolutien over 1802. Bijksarchief in Noordbrabant.
rood-wit. Het trekt evenwel de aandacht, dat het
wapen van 's-Hertogenbosch een boom van goud in een
veld van sabel is (om de verdere samenstellende deelen
als vierleeuwenschild van Jan III
en rijksadelaar van Maximiliaan of
Karei V buiten beschouwing te laten).
Is hier wellicht een aanwijzing, dat
er in de 13de of volgende eeuwen
eene strooming bestaan heeft om de
kleuren van Hendrik den I8t9 door
die van Jan I of van het BrabantÂ
sche landswapen te vervangen? Ik
geloof het niet, want een tweede
geval is in Brabant daarvoor niet aan
te wijzen. Aangenomen, dat 's HerÂ
togenbosch ten tijde van Jan I reeds
een wapen bezat, hetgeen ik betwijfel
en vóór het begin der 16de eeuw ook
niet nawijsbaar is, dan lijkt mij zelfs
de stelling, dat de Bossche kleuren
blijkens het Brabantsche wapen geelÂ
zwart zouden zijn, zeer aanvechtÂ
baar. Inderdaad is de oudste geÂ
kleurde afbeelding van het Bossche
wapen van het jaar 1530, toen de
stedelijke regeering de fraaie zilveren
kleurig-geëmailleerde brotsiën liet
maken, die tot heden door stadsÂ
boden gedragen worden, nog dezelfde
als de tegenwoordige, maar even daarÂ
voor in 1512 koopt de stad rood en
wit saai voor vaantjes om daarmede
van den St. Janstoren te seinen32), ziet men op een
marktgezicht uit het 2de kwart der zelfde eeuw uit
een particulier huis op zeer ostentatieve wijze twee
banen stof, rood en wit hanÂ
gen38), alsof het eene vlag
ware, en is mij behalve het
wapen nimmer een geelzwart
embleem der stad voorgeÂ
komen. Mag ik integendeel
eene gissing opperen over
de kleuren der brotsien en
dus ook over die van het
stadswapen, dan houd ik
deze, die in Brabant haars
gelijken niet hebben, voor
eene vrij ongelukkige aanpasÂ
sing aan die van het Duitsche
Rijk in den tijd, dat ieder zich verheugde over het forÂ
tuin van den jeugdigen landsheer, en zonder dat voorÂ
zien werd, dat dit locaal bewijs van chauvinisme â??
heeft de stad niet kort daarvoor den adelaar van het
keizerrijk in haar wapen opgenomen â?? niet alleen Karei
den Vdo, maar ook het rijk zelf zou overleven.
Fig. 10. Formaatzegel in roode inkt
van het Departement Braband.
1802. Sch. 1/1.
Nog wil ik met een enkel woord de vraag aanroereD,
óf eene Brabantsche landsvlag bestaan heeft en van
wanneer zij in dat geval moet gedateerd worden. Wij
81) Oud-archief der gem. 's-Hertogenbosoh. Stadsrekening 1512/3
blz. 275.
83) Het schilderij is aanwezig in het Museum van het Prov. Gen.
van K. en W. in Noord-Brabant te 's-Hertogenbosch.