179 180
6°. Gerharda, ged. Deventer 22 Juli 1655, huwt
Maart 1678 (ondertr. Deventer 2 Maart, attest,
op Wesepe 16 Mrt) Gerhardus Michaelis, f 1684.
predikant te Wesepe 1671â??1684, zoon van
Joannes Michaelis, eveneens predikant te WeÂ
sepe. Zij huwt 2° te Deventer 19 Maart 1693
(ondertr. 4 Mrt) Wilhelm Leussinh, zoon van
Lambert Leussinh te Deventer.
Zie inventarissen Bisschopstraat 14 Mrt Dev.
Archief.
7°. Berent, ged. Deventer 19 Juli 1657.
8e. Anna, ged. Deventer 12 Mei 1659.
9». Otto, ged. Deventer 29 Jan. 1664.
10e. Otto, ged. Deventer 16 April 1665, begraven
in de Lebuinuskerk Deventer 25 Sept. 1697,
diaken.
(Wordt vervolgd.)
Van Duyvelandt van Rhoon,
door R. T. MÃ?SCHAET.
Naar aanleiding van het verzoek van ons geacht
medelid- den Heer Bijleveld in het vorige nummer van
dit Maandblad (kol. . 144) kan ik mededeelen, dat ik
in. de â??Graf- en Gedenkschriften van de provincie AntÂ
werpen' deel I op pag. 210 vond: Corneiius Adriaen
sens van Duvelant, heer in Vosmer, armmeester van
Antwerpen, ob: 17/11 1544, getrouwd met Agneta Ver
poorten, die ob: 14/12 1554, waarbij Gerardus Adriaen
sens van Duvelant, J. U. L., heer in Vosmer, die ob:
6/6 1606, allen begraven in de Cathedrale kerk te
Antwerpen, en op pag. 191 Pieter Adriaenssens Anthonisz.,
ob: 4/2 1549, getrouwd met Elisabeth de Vos, die ob:
30/11 1581 en Pieter Adriaenssens Willemsz., ob: 27/10
1617, getrouwd met Anna Haubrahen, diepb: 28/10
1601, allen eveneens begraven in de Cathedrale kerk
te Antwerpen.
Voor deze Adriaensens van DuvelanVs en deze Adri
aensens' is daarbij als wapen aangegeven â??gedeeld in
gehoekt van goud en rood.'
Het lijkt mij waarschijnlijk, dat boveng. Gerardus
Adriaensens van Duvelant dezelfde is als de door Elias
in â??de Vroedschap van Amsterdam' op pag. 59 verÂ
melde Mr. Gerardus Adriaensz. van Duvelant, omdat
1° de dochter van laatstgenoemde volgens Elias Agniet
heet en dus denzelfden voornaam draagt als de moeder
van Gerardus, 2° deze dochter, zooals uit de mede
deelingen van den Heer Bijleveld blijkt, bezitster is
van een gedeelte van de heerlijkheid Vossemeer en 3°
omdat de naam â??Van Beneden', zooals volgens Elias
de vrouw van Mr. Gerrit van Dut/velant heet, eveneens
te Antwerpen voorkwam, zooals uit de genoemde GrafÂ
en Gedenkschriften blijkt, waar wij in deel I op pag.
341 vermeld vinden: Anna van Beneden, de vrouw van
Tieleman Brons, wiens vader Tieleman Brons ob. 15/6
1656 en die alle 3 in de Cathedrale kerk te Antwerpen
begraven zijn. .
Ik vermoed derhalve, dat de door den Heer Bijleveld â?¢
bedoelde van Duvelandt's niet in Noord-Holland doch
in Antwerpen moeten gezocht worden.
Thans, iets naar aanleiding van zijn diagnose, dat
wij op het schilderij van Willem Buytewegh voor ons
hebben 2 gezusters van Duvelandt van Rhoon en de
heeren Dirc van der Jsath en Johan de Bruyn van
Buyteweeh.
De Heer Bijleveld is tot deze veronderstelling geÂ
komen door uit te gaan van het wapen, dat in de,linker
bovenhoek tegen het traliewerk van het venster is
aangebracht. Dit wapen (op de gravure niet al te duidelijk)
moet volgens ZEdl. zijn: â??gevierendeeld: 1 en 4 geÂ
deeld ingehoekt van zilver op rood, 2 en 3 in goud
3 roode papegaaien.'
De Heer Bijleveld denkt hierbij aan de combinatie
van Rhoonâ??van Rossum en brengt daarbij in verband
den hond, die links beneden op den grond zit.
Dat verband tusschen dien hond en het helmteeken
van Rhoon wil er bij mij nog maar zoo dadelijk niet
in, ik wil het niet tegenspreken, doch ik denk hier
eerder aan een toeval. De Heer Bijleveld echter houdt
aan dien hond vast en denkt juist daarom aan het wapen
van Rhoon, doch hij raakt daarbij al dadelijk onklaar
met. de kleuren, want van Rhoon voert â?? zooals hij
trouwens zelf opmerkt â?? gedeeld ingehoekt van goud
op rood, dus niet van zilver op rood, zooals in het
wapen op de schilderij.
Hetzelfde is het geval, waar de Heer Bijleveld aanÂ
neemt, dat de kwartieren 2 en 3 het wapen van Rossum
zullen voorstellen. Indien tenminste de beschrijving van
het Armorial Général juist is, voert van Rossum de
papegaaien rood op zilver, terwijl het wapea op de
schilderij de vogels rood op goud te zien geeft.
De eenige wapens, die volkomen aan de beschrijving
van den Heer Bijleveld beantwoorden, zijn Sweers (Sweerts,
Sweerts de Weert) voerende â??gedeeld ingehoekt van zilver
op rood' en van Hodenpijl (oude Delftsche familie),
voerende â??in goud 3 roode papegaaien'. Zie Armorial
Général, Supplément, Roelants â??het Guldenboek van
Schiedam' pag. 267 en de Kwartierstaten van van Rhede
van der Kloot en Bar.
De Heer Bijleveld neemt echter aan, dat de kleuren
in het wapen op de schilderij niet juist zijn aangebracht
en komt dan in verband met de aanwezigheid van den
hond (die echter geen windhond < is en die ook geen
halsband om heeft zooals in het helmteeken van de
familie van Rhoon) tot de slotsom, dat het wapen de
combinatie zal zijn van de wapens (van Duyvelandt)
van Rhoon en van Rossum, en dat de personen zullen
voorstellen de 2 gezusters van Duvelandt van Rhoon
en de heeren van der Nath en de Bruyn van Buyteweeh.
Of deze veronderstelling juist is ? Ik betwijfel het.
In' de eerste plaats komt het mij voor, dat de geÂ
zichten van alle vier personen op de schilderij onderÂ
ling gelijkenis vertoonen en in de tweede plaats acht
ik de zittende vrouw te zijn iemand op leeftijd', zoowel
haar gelaat als haar kleeding (in het donker â?? rouw?)
doet mij dat veronderstellen. Dé staande vrouw daarÂ
entegen doet mij in gelaat zoowel als in kleeding aan
een jongere vrouw denken.
Mijne veronderstelling is, dat wij hier voor ons hebben
eene moeder (weduwe) met hare dochter en hare 2
zoons. (Opvallend is ook de overeenkomst in kleeding
en in het bijzonder van de schoenen der beide mannen).
'De vraag blijft: van wie is het wapen (dat ik verÂ
onderstel te zijn van den overleden vader)?
Als ik goed zie, vertoonen de kwartieren 1 en 4