Wapenboek van het St. Bartholomeus gasthuis te Utrecht 1407-1814

< Folio 33v >

Transcriptie en wapenbeschrijvingen

Niclaes van Daelen, B, quartiermeester van den noothulp van anno 1632 tot anno 1634, obiit den 17 maij anno 1642.

Doorsneden; I in goud zeven hermelijnstaartjes van sabel, geplaatst vier en drie; II effen keel; dekkleden en wrong: goud en keel; helmteken: een vlucht volgens het schild.

Matheus van Sijpenesse, ingekomen anno 1592, als geestelijcke Br. nae zijn resignatie geworden weerlijcke Br., huysmeester anno 1628, Alderheijligen tot Alreheijligen 1629 obiit. B

Geschuind van keel en goud en over alles heen een zesbladige roos van het een in het ander, gepunt van sinopel; dekkleden en wrong: keel en goud; helmteken: de roos van het schild, met een bebladerde stengel, gewonden om een geplante dorre tak, alles van natuurlijke kleur.

Frans Verhaer, B, obiit 1633.

In keel drie ruiten van zilver; dekkleden en wrong: keel en zilver; helmteken: een ruit van het schild tussen een vlucht van keel.

Johan van Weede, ingekomen anno 1628.

In zilver zes lelies van keel, geplaatst drie, twee en één; dekkleden en wrong: keel en zilver; helmteken: twee reigerkoppen en -halzen van zilver.